Flinke visluis op harder
EcomareBericht uitgegeven door Ecomare [land] op [publicatiedatum]
Ook vissen kunnen last hebben van luis. Op een diklipharder, die in mei werd gevangen in de fuik van het onderzoeksinstituut NIOZ, zat een grote visluis. De luis bevond zich bij de achterkant van de anaalvin, de vin aan de onderkant en het dichtste bij de staart. Hoewel dit niet de eerste keer was dat zo’n luis door de NIOZ-onderzoekers op een Noordzeevis werd gevonden, was de laatste keer wel 40 jaar geleden! Hans Witte van het NIOZ heeft nu bepaald dat het om een parasitaire isopode ging met de naam Nerocila maculata.
Parasiet
De parasiet was een vrouwtje van 19 millimeter lang, wat best groot is! Ze had zich een beetje ingegraven in de vis om bloed te kunnen drinken. Vrouwtjesparasieten hebben bloed nodig voor de ontwikkeling van hun eieren, net zoals muggen. Nerocila maculata maakt zich vast aan elke beschikbare vis, dus ook gezonde vis. De luis heeft niet veel impact op de gastheer of -vrouw, die er niet aan zal sterven.
50 jaar onderzoek
Al 50 jaar lang wordt vis gevangen in de fuik van het NIOZ, het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee. Het vistuig staat in de monding van de Waddenzee, tussen Den Helder en Texel. Het onderzoek is opgezet om een beeld te krijgen van wat er allemaal zwemt in de Waddenzee. Al jaren noteert en meet onderzoeker Hans Witte alles wat er in de fuik zit, van krabben tot aan haaien aan toe. Zo weet hij ook dat deze luis voor het eerst in 1975 in de Noordzee gevonden werd. Daarvoor was deze soort alleen bekend uit meer zuidelijke wateren. In 1976 en 1977 werden ze ook op vissen uit de fuik gevonden, allemaal diklipharders. Maar daarna zijn ze er nooit meer gezien, tot nu in 2015. Hans is benieuwd of dit weer het begin is van een serie waarnemingen.
Meer weten?
Behalve luis kunnen vissen ook andere aandoeningen krijgen. Lees meer over visziektes in onze digitale encyclopedie.