Uit de pop! Het is voorjaar
De VlinderstichtingBericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]
Na de vele waarnemingen van citroenvlinder en kleine vos en in mindere mate dagpauwoog, atalanta en gehakkelde aurelia, de vlinderoverwinteraars, zijn ook de eerste vlinders al gezien die als pop hebben overwinterd.
Het gros van de vlinders die de afgelopen weken zijn doorgegeven op Waarneming en Telmee heeft als vlinder overwinterd en is tevoorschijn gekomen op de eerste zonnige voorjaarsdagen. De citroenvlinder is het meest gemeld (2000), gevolgd door kleine vos (1700), dagpauwoog (330), atalanta (290) en gehakkelde aurelia (180). Het is gebruikelijk dat deze soorten als eerste tevoorschijn komen, omdat ze natuurlijk al ‘kant en klaar’ zijn.
De soorten die als pop de winter doorbrengen hebben net even wat extra tijd nodig, hoewel een aantal al zeer ver ontwikkeld de winter in gaat. De allereerste popoverwinteraar die in 2015 is gezien, was een klein koolwitje op 11 januari in Amsterdam door Ton Denters, maar dit was niet helemaal natuurlijk. De vlinder werd binnenshuis aangetroffen en is dus waarschijnlijk als pop met planten of andere materialen uit de tuin mee naar binnen gekomen. Door de warmte daar is deze uitgekomen, maar veel te vroeg om zich succesvol voort te kunnen planten.
Ook op 25 februari werd er binnenshuis een klein koolwitje gemeld in Zaandam. Tussen 28 februari en 7 maart waren er wel meldingen van ‘wilde’ klein koolwitjes en op 8 maart was de eerste waarbij een foto zat. Rob Zweers zag de vlinder in Heteren. Het klein geaderd witje overwintert ook als pop, maar de eerste werd pas op 17 maart gezien in Rotterdam. Daarna waren er ook nog waarnemingen uit Drachten en Huizen. Het eerste bont zandoogje is in Amsterdam gezien en wel op 11 februari door Cor Zonneveld. De eerstvolgende was twee weken later in Earnewald (Fr) en de derde op 7 maart in Soest. Inmiddels worden er al regelmatiger bont zandoogjes gezien.
Ook boomblauwtje is een popoverwinteraar. Deze prachtig felblauw gekleurde vlinder kun je regelmatig aantreffen in tuinen. Daar vliegen ze dan op een meter of twee langs bomen en struiken. Ook kun je ze drinkend zien op de eerste vroege voorjaarsbloeiers. Het eerste boomblauwtje dit jaar is gezien in Delft door Marian Barendtszen op 13 maart. Ook op 17 en 24 maart is de soort gezien. Als de temperatuur weer flink omhoog gaat, zoals voor volgende week wordt verwacht, zullen deze soorten veel meer te zien zijn. Mogelijk dat dan ook het eerste oranjetipje zich laat zien, ook een popoverwinteraar.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting