Voor vlinders is voorjaar begonnen
De VlinderstichtingBericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]
Maandag was het zover: het was relatief zacht, de zon scheen op veel plaatsen en de voorjaarsvlinders kwamen tevoorschijn. Vijf soorten zijn er waargenomen, maar de kleine vos was verreweg de meest gemelde vlinder.
Het is vroeg dit jaar, door de hele zachte winter. Normaal gesproken valt de eerste voorjaarsvlinderpiek in de loop van maart. De hele winter door zijn er al vlinders tevoorschijn gekomen uit hun overwinteringsplek, maar begin deze week ging het echt om flinke aantallen.
Op maandag werden bijna 250 waarnemingen van dagvlinders doorgegeven op de invoersites Waarneming en Telmee. De kleine vos was de meest algemene. Meer dan 130 waarnemingen en meer dan 150 vlinders werden er gevonden. De kleine vos was afgelopen najaar ook al erg algemeen en die vlinders zijn in winterslaap gegaan. Meestal zijn zachte winters slecht voor de hier overwinterende vlinders en vooral voor de kleine vos en dagpauwoog, omdat ze te vaak actief moeten worden en daardoor het voorjaar niet halen. Ook dit jaar waren er weinig koude perioden, maar ook waren er (gelukkig voor die vlinders) niet veel warme en zonnige dagen en dat zijn de dagen dat de overwinterende vlinders tevoorschijn komen. Hopelijk hebben veel kleine vossen het overleefd en kunnen we dit jaar weer volop genieten van de volgende generatie die in augustus onze tuinen kleurt.
Op de tweede plek staat deze week de citroenvlinder. De prachtig felgele mannetjes zijn bijna 100 keer gemeld. Ze zijn dan ook zeer opvallend, niet met andere soorten te verwarren en vliegen veel, zodat ze ook veel worden doorgegeven. Vrouwtjes zijn nog niet actief, die verschijnen pas over een paar weken. De mannetjes zullen nu de goede plekken opzoeken en daar wachten op de vrouwtjes. Dagpauwogen zijn nog maar weinig gezien, evenals gehakkelde aurelia's. Dit zijn ook vlinderoverwinteraars en de komende weken op mooie warme en zonnige dagen zullen ook deze uit hun overwinteringsplekken komen. Voor de dagpauwoog zijn dit holle bomen, schuurtjes, zolders en andere plekken binnenshuis. Gehakkelde aurelia zul je binnen niet vinden, die brengt de winter door tussen takken, bladeren en strooisel. De laatste overwinteraar die wordt gemeld is de atalanta. Dit was vroeger een trekvlinder, maar dankzij de klimaatverandering proberen ze steeds vaker hier te overwinteren en in zo’n winter als nu lukt dat prima. Nu wachten op de eerste echte voorjaarsdagen dat de popoverwinteraars tevoorschijn komen.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting