Stop kaalslag boerennatuur
Vogelbescherming NederlandBericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland op woensdag 18 december 2013
18 december debatteert de Kamer over de Nederlandse invulling van het nieuwe Europese Gemeenschappelijke Landbouwbeleid. Geen onderwerp dat normaal gesproken veel aandacht krijgt; te technisch en te ver van het bed voor niet direct betrokkenen. Ten onrechte, want het gaat om honderden miljoenen euro’s belastinggeld en tegelijkertijd voltrekt zich op het boerenland een enorme ramp.
Toen staatssecretaris Sharon Dijksma voor Landbouw en Natuur in het voorjaar van 1971 werd geboren, zong de lucht boven Nederland. Tot in alle uithoeken van het land klonk hoog uit de lucht de voorjaarszang van veldleeuweriken. Daar is nu niets meer van over. Van de ruim half miljoen broedparen veldleeuweriken in de jaren zeventig van de vorige eeuw is 97% verdwenen. Oorzaak: de intensieve landbouw. De veldleeuwerik staat symbool voor een hele trits vogels die uit het boerenland aan het verdwijnen is. Daaronder vogels waarvoor Nederland internationale verantwoordelijkheid draagt, zoals grutto en scholekster.
Vogels zijn de meest zichtbare indicatoren van de teloorgang van de biodiversiteit op het boerenland. Maar een vergelijkbaar proces van verdwijnen doet zich voor onder verschillende soorten bijen, vlinders en planten. Die trend zien we in heel het agrarisch areaal van Europa. Nederland loopt daarin echter voorop. Geen wonder. Dat ‘postzegel Nederland’ momenteel de tweede exporteur ter wereld is van landbouwproducten, kan alleen dankzij een ongeëvenaard intensief agrarisch gebruik. Maar de prijs die we daarvoor jaar in jaar uit betalen wordt onderhand veel te hoog. Herstel van de natuur in het landelijk gebied zou de hoogste prioriteit in een duurzaam landbouwbeleid moeten hebben. Juist omdat Nederland binnen Europa koploper is in de kaalslag onder boerenlandnatuur, zou ook hier de kentering moeten starten.
Het verval van de natuur op het platteland valt de individuele boer niet te verwijten. Een doorgeschoten Europees landbouwbeleid heeft door miljarden aan subsidies de intensivering decennialang mede aangejaagd. Nu staan we aan de vooravond van de nationale invoering van weer een nieuwe ronde Europees landbouwbeleid. Een beleid waarin ietsepietsje meer aandacht lijkt te zijn voor het grote biodiversiteitsprobleem, maar dat nog steeds geen recht doet aan de urgentie ervan. De miljarden belastinggeld blijven stromen zonder harde afspraken over verbetering van de natuurwaarden op het platteland. Het perspectief daarop is er wel, maar dan moeten staatssecretaris en Tweede Kamer heldere keuzes maken. Zo kan er van de jaarlijks bijna 800 miljoen aan inkomenssteun voor boeren 220 miljoen gekoppeld worden aan verschillende natuurvriendelijke maatregelen op het landbouwbedrijf, zoals slimme vormen van natuurbraak, houtwallen en poelen. Bovendien is er binnen het Europees beleid de mogelijkheid waardevolle graslanden extra te beschermen, zodat bloem- en weidevogelrijke graslanden behouden kunnen worden.
De voorstellen van staatssecretaris Dijksma waarover de Tweede Kamer debatteert zijn nog rijkelijk vaag. Er blijkt niet uit dat het kabinet ziet hoe urgent het stoppen van het grote uitsterven op het platteland is. Het Kamerdebat geeft onze volksvertegenwoordigers echter de kans een eerste stapje te zetten richting de o zo noodzakelijke verandering van de landbouw in ons land. Uiteindelijk draait het daarbij om de vraag hoeveel ruimte we op het platteland over willen laten voor vogels en andere natuur, en daaraan gekoppeld welke tegenprestaties we van boeren verlangen in ruil voor de door belastingbetalers opgebrachte miljoenensubsidies. Die afweging is niet aan ons, maar aan politici die zich via handtekeningen onder biodiversiteitsverdragen overigens wel tot spoedig ingrijpen verplicht hebben.
Al in de jaren zestig waarschuwde Rachel Carson voor een stille lente op het platteland. De sindsdien opgetreden massieve achteruitgang van biodiversiteit op het boerenland brengt dit schrikbeeld steeds dichterbij. Aan een verdere sterilisatie van het platteland moet wat ons betreft zo snel mogelijk een einde worden gemaakt. Daarvoor zullen in ieder geval alle mogelijkheden die het nieuwe Europese landbouwbeleid voor natuurmaatregelen biedt benut moeten worden. Het zou geweldig zijn als Sharon Dijksma straks vol trots die zingende veldleeuwerik aan haar kleinkinderen aan kan wijzen, in het besef dat juist tijdens haar kabinetsperiode het herstel van deze luchtzanger werd ingezet.
Kees de Pater, Vogelbescherming Nederland
Foto: Birdphoto