Weinig bruinvissen geteld in Oosterschelde
Bericht uitgegeven op [publicatiedatum]
Het aantal bruinvissen dat zondag 22 september werd waargenomen tijdens de jaarlijkse bruinvistelling van Stichting Rugvin en het Wereld Natuur Fonds was aan de lage kant. In totaal werden tijdens de scan 18 dieren geteld.
Acht boten voeren vanaf de Oosterscheldekering parallel naar het oosten. Vanaf elke boot zochten meerdere observeerders naar bruinvissen. Een stevige bries weerhield met name de boten midden op de Oosterschelde van meer waarnemingen, de golfhoogte was toch groter dan vooraf gedacht was.
Het lage aantal van deze vijfde telling is te wijten aan de toch tegenvallende weersomstandigheden, maar ook aan het hoge sterftecijfer van dit jaar. Tijdens de scan werd ook een dode bruinvis waargenomen die het totale aantal dode bruinvissen van dit jaar in het Oosterscheldegebied al op 38 zet (bron: EHBZ). Onderzoek naar de doodsoorzaken van de bruinvis in de Oosterschelde van het afgelopen voorjaar geeft aan dat verhongering en vermagering hiervoor grotendeels verantwoordelijk zijn. Dit onderzoek wordt binnenkort voortgezet.
Vorig jaar werden tijdens de scan onder betere weersomstandigheden nog 42 dieren geteld. Het grootste aantal komt uit 2011 toen er maar liefst 61 dieren werden geteld. Wel werden tijdens de scan van dit jaar nog twee kalfjes waargenomen. Dit zou erop kunnen wijzen dat de dieren zich nog steeds voortplanten in de Oosterschelde.
De scan werd mogelijk gemaakt door de tientallen vrijwilligers van Stichting Rugvin, de acht schippers van de vloot en door een financiële bijdrage van het Wereld Natuur Fonds. Ook werd de Rugvinploeg bijgestaan door een viertal WNF LIFE Guards.
Bron: Stichting Rugvin