Mooi weer doet klauwieren goed
Stichting BargerveenBericht uitgegeven door Stichting Bargerveen [land] op [publicatiedatum]
Wat kunnen de gevolgen van klimaatverandering zijn voor broedvogels? Om dit in te kunnen schatten, is het effect van weersomstandigheden op het broedsucces van Grauwe klauwieren geanalyseerd. In het Britse tijdschrift Bird Study concluderen wetenschappers dat bij goede weersomstandigheden in juli, er meer jonge Grauwe klauwieren het nest verlaten dan wanneer er slechte weercondities heersen.
Als het in juli zonnig, warm en droog is vliegen zo’n 3 jongen per paar uit, maar bij regenachtig en koud weer gemiddeld minder dan 2,5 jongen per paar. Alhoewel dit verschil niet groot lijkt, is het voldoende om een flinke invloed te hebben op de onderzochte populaties. Daarnaast spelen lokale effecten, waaronder terreinbeheer, en de situatie tijdens de trek en overwintering een rol bij het broedsucces. De onderzoeksdata, verzameld door medewerkers van Stichting Bargerveen, zijn afkomstig van Deense en Nederlandse populaties, beide gelegen aan de noordwestgrens van het broedareaal van de soort.
De redenen voor een slechter broedsucces bij slecht weer zijn divers en lastig uit elkaar te houden. Slecht zomerweer zorgt voor een lager aanbod van voedsel, waardoor de ouders meer moeite hebben met het voeren van hun jongen. Tegelijkertijd koelen de jongen eerder af, waardoor ze meer voedsel nodig hebben. Ook predatoren zoals gaaien, eksters en marters hebben echter weinig te eten en gaan actiever op zoek naar eten. De hongerige, luid om voedsel bedelende jonge vogels worden dan snel door deze rovers gevonden. Tenslotte mislukken er meer nesten doordat deze doorweekt raken met regenwater of uit bomen waaien.
In het kader van klimaatverandering is de voorspelde tendens naar warmere zomers in theorie gunstig voor Grauwe klauwieren. Omdat de temperatuurstijging gepaard zal gaan met extremere weersomstandigheden is het echter de vraag in hoeverre dit nog roet in het eten gaat gooien. Waarschijnlijk zullen er momenten van gepiekte regenval optreden, waardoor zeer droge en extreem natte periodes elkaar afwisselen. In dat geval zal de lengte van deze periodes en het moment waarop ze plaatsvinden het lot van de klauwieren jaarlijks bezegelen.
Tekst: Marijn Nijssen, Stichting Bargerveen
Foto's: Piet Munsterman, Saxifraga; Marten Geertsma