Laat vlinders in de kou staan!
De VlinderstichtingBericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]
Het wordt kouder en steeds meer worden de kachels aangezet. Dat geeft een behaaglijk gevoel voor ons mensen, maar het is dodelijk voor de vlinders die bij ons in huis overwinteren.
Het zijn vooral kleine vos en dagpauwoog die in het najaar, september en oktober, koele en donkere plekken in huis opzoeken om er te gaan overwinteren. Dat kan een zolder zijn of in de slaapkamer achter een kast. Ze hopen op een redelijk constante lage temperatuur, zodat ze in winterslaap kunnen gaan en daar pas in februari of maart uit ontwaken.
Dat in winterslaap gaan kost enorm veel energie. Ze halen vocht uit hun lijf, brengen hun spijsvertering tot een minimum terug en vormen een soort antivries in hun lichaam. Ze kunnen dan uitstekend tegen de winterse kou en een temperatuur van minus 20 graden kunnen ze best hebben. Kou is geen probleem voor deze vlinders, maar warmte wel. Als we gaan stoken worden die eerst koele plekjes warm en de vlinders ontwaken uit hun winterslaap. Dat kost een heleboel energie en als ze actief zijn blijven ze ook energie verbruiken.
Het beste dat u kunt doen is de vlinder oppakken en koud wegzetten, onder een afdak, in een schuurtje, tussen openhaardhout of in een holle boom. Zorg wel dat er niet teveel spinnenwebben in de buurt hangen. Ook die vlinderkastjes die worden verkocht als overwinteringsplaats zijn goed te gebruiken. Uit zichzelf gaan vlinders daar niet gauw in, maar als je een vlinder uit huis koud weg wilt zetten, is het een uitstekende plaats. Een overwinterende vlinder oppakken doe je tussen wijs- en middelvinger. Je maakt het V-teken en neemt de vleugels tussen de vingers. Dan kun je hem wel goed vastpakken, maar niet teveel kracht zetten, waardoor de vlinder beschadigt. Als je de vlinder vervolgens op een koude, veilige plek met de poten tegen de wand aan zet zal hij zich snel vastgrijpen en kun je hem loslaten. De volgende dag is hij waarschijnlijk wel verplaatst, want hij zoekt zelf de beste plek uit. Zo kan hij toch veilig de winter door.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting