Vliegend parelmoer

De Vlinderstichting
7-JUN-2012 - De parelmoervlinders hebben het de afgelopen tientallen jaren heel moeilijk in ons land en een aantal soorten is al verdwenen. Toch vliegen er nu vijf soorten. Wil je ze allemaal te zien krijgen, dan moet je wel het hele land door.

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]

De parelmoervlinders hebben het de afgelopen tientallen jaren heel moeilijk in ons land en een aantal soorten is al verdwenen. Toch vliegen er nu vijf soorten. Wil je ze allemaal te zien krijgen, dan moet je wel het hele land door.

De kleine parelmoervlinder heeft grote witte parelmoervlekken (foto: Kars Veling)De kleine parelmoervlinder is de meest voorkomende parelmoervlinder. Hij is vooral aanwezig in de duinen, maar wordt ook steeds meer uit het binnenland gemeld. In de duinen is hij vooral gebonden aan duinviooltje; in het binnenland gebruikt hij vooral akkerviooltje. De kleine parelmoervlinder is de soort met de grootste parelmoervlekken op de onderzijde. Aan deze parelmoervlekken hebben alle vlinders in deze familie hun naam te danken. De andere duinsoort, de duinparelmoervlinder, heeft veel kleinere parelmoervlekken. Deze soort komt ook veel minder voor dan de kleine, en zit vrijwel niet in de Zeeuwse en Zuid-Hollandse duinen. Vanaf Zuid-Kennemerland naar het Noorden is de vlinder meer aan te treffen, maar ook hier is het zeker geen algemene soort. Bloeiende liguster, ossentong, slangenkruid of akkerdistel kunnen soms erg aantrekkelijk zijn en kunnen meerdere vlinders aanlokken.


V.l.n.r. kleine-, duin-, bos- en veldparelmoervlinder, en zilveren maan (foto: Kars Veling)

Op de Veluwe begint nu net de vliegtijd van de bosparelmoervlinder. De rupsen van deze bedreigde soort zijn gebonden aan hengel, een halfparasiet die vaak in de buurt van eiken staat. De vlinders leven vaak in kleine groepen. De belangrijkste nectarplanten zijn gele composieten die in bosranden groeien, zoals biggenkruid, havikskruid en jacobskruiskruid. Voor de veldparelmoervlinder moeten we naar Zuid-Limburg. In de omgeving van de Bemelerberg is deze soort sinds een paar jaar aanwezig. Ook op de Pietersberg bij Maastricht zijn er meldingen, maar tot een echte vestiging lijkt het daar nog niet te zijn gekomen. De laatste nu vliegende parelmoervlinder, zilveren maan, zit in een heel ander leefgebied, namelijk laagveenmoerassen. In de Weeribben en de Wieden bijvoorbeeld, vliegt op dit moment de eerste generatie. Tijdens een kanotocht door deze mooie gebieden kun je de oranje vlinders zien fladderen boven de veenmosrietlanden. Uiteraard moet je zonnig en niet te koud weer hebben om de vlinders tegen te komen.

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting