Topdrie 2011 - Libellen
De VlinderstichtingBericht uitgegeven door De Vlinderstichting [land] op [publicatiedatum]
Ter afsluiting van 2011 een selectie uit de berichten van het afgelopen jaar over libellen. Opmerkelijk was onder andere de terugkeer van de sierlijke witsnuitlibel en het verschijnen van de mercuurwaterjuffer. Ook werden veel rivierrombouten gezien op de meest westelijke vliegplaats in ons land.
Sierlijke witsnuitlibel terug in Nederland
In de Weerribben werden door Theo Muusse en Gert Veurink vier mannetjes en een eiafzettend vrouwtje van de sierlijke witsnuitlibel (Leucorrhinia caudalis) waargenomen. In 2010 was ook al een vers uitgeslopen exemplaar ontdekt en werden later nog twee huidjes gevonden. Het is sinds de jaren 60 van de vorige eeuw niet meer voorgekomen dat er meer dan twee exemplaren tegelijk gezien zijn in Nederland. Het is dus dubbel mooi om deze soort weer op de Nederlandse lijst terug te hebben. Bovendien hebben we met de terugkomst van deze soort onze vijf Nederlandse soorten witsnuitlibellen weer compleet. Ook in de Wieden en andere laagveenmoerassen zijn het afgelopen jaar sierlijke witsnuitlibellen gezien. De sierlijke witsnuitlibel is een in Europa strikt beschermde soort met een notering in de Habitatrichtlijn.
Mercuurwaterjuffer in Limburg
Het positieve libellennieuws kende dit jaar maar geen einde. Op 1 juni werd in Midden-Limburg een kleine populatie van de mercuurwaterjuffer ontdekt. Van deze soort waren nog maar twee eerdere waarnemingen bekend, uit 1903 en 1929. De mercuurwaterjuffer is een kritische soort van kleine schone, zonnige beekjes die het hele jaar door stromen en ’s winters niet dichtvriezen. Meestal zijn de beekjes door kwel gevoed, kalkhoudend, in de volle zon gelegen en met een uitbundige plantengroei. In de ons omringende landen vliegt de mercuurwaterjuffer van eind mei tot eind juli. De meeste imago’s zijn tussen de in het water staande planten te vinden en in de vegetatie langs de beek, zelden verder dan tien meter van de waterkant. Overnachten gebeurt ook op enkele meters afstand van de beek. De soort staat op Bijlage II van de Habitatrichtlijn, maar er zijn nog geen gebieden voor aangewezen waarbinnen deze soort bescherming geniet. Ook is deze soort niet beschermd onder de Flora- en faunawet
Rivierrombouten langs de Oude Maas
Nog nooit werden er zoveel rivierrombouten gezien langs de oevers van de Oude Maas als in augustus 2011. De rivierrombout is in 1902 uitgestorven, maar keerde door verbeterde waterkwaliteit in 1996 weer terug in Nederland. Vanaf die tijd is de soort vanuit Nijmegen aan een opmars bezig in de Nederlandse rivieren. Het natuurgebied Kuipersveer maakt onderdeel uit van de voormalige suikerfabriek in Puttershoek. Sinds 2000 wordt het als natuurgebied beheerd en graast er jaarrond een kleine kudde Schotse Hooglanders van FREE nature. De structuurrijke en bloemrijke ruigte blijkt goed voor veel soorten en de insectenrijkdom neemt nog jaarlijks toe. Sinds 2005 worden er elk jaar waarnemingen gedaan van rivierrombouten. Dit jaar deed de populatie in Kuipersveer het erg goed met een vrijwel continue aanwezigheid van rivierrombouten in relatief hoge aantallen. Vele bezoekers zijn speciaal voor deze soort naar het natuurgebiedje afgereisd en hebben de soort ook gezien, getuige de vele waarnemingen op internet.
Tekst: Leo Linnartz , ARK & Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto's: Tim Termaat & Co Sielhorst