Eikenprocessierupsen dicht op elkaar close up

Ontwikkeling eikenprocessierups snelste ooit

De Natuurkalender
3-JUN-2011 - Het droogste, zonnigste en een na warmste voorjaar ooit zorgt er voor dat de ontwikkeling van de eikenprocessierupsen zeer snel gaat. Nu al komen op diverse plaatsen in Nederland de rupsen in het zesde larvale stadium, en op sommige plaatsen beginnen de rupsen zich zelfs al te verpoppen. Momenteel zitten we op het toppunt van de overlast. De overlastperiode gaat langer duren dan normaal omdat er een grote spreiding zit in de snelheid van ontwikkeling van de rupsen. Opvallend is ook het grote aantal grondnesten dat wordt aangetroffen.

Bericht uitgegeven door het Eikenprocessierups Kenniscentrum op [publicatiedatum]

Het droogste, zonnigste en een na warmste voorjaar ooit zorgt er voor dat de ontwikkeling van de eikenprocessierupsen zeer snel gaat. Nu al komen op diverse plaatsen in Nederland de rupsen in het zesde larvale stadium, en op sommige plaatsen beginnen de rupsen zich zelfs al te verpoppen. Momenteel zitten we op het toppunt van de overlast. De overlastperiode gaat langer duren dan normaal omdat er een grote spreiding zit in de snelheid van ontwikkeling van de rupsen. Opvallend is ook het grote aantal grondnesten dat wordt aangetroffen.

Tot nu toe was 2007 het jaar waarin de rupsen van de eikenprocessierups zich het snelst ontwikkelden. De gemiddelde temperatuur in de maanden maart, april en mei kwam toen op 11,7 graden Celsius uit. Het was daarmee het warmste voorjaar sinds de metingen in 1706 begonnen. Het voorjaar van 2011 komt wat de warmte betreft op de tweede plaats met een gemiddelde temperatuur van 11,0 graden Celsius. Ondanks dat de temperatuur iets lager ligt dan in 2007 loopt de ontwikkeling van de eikenprocessierupsen toch voor op die van 2007. De reden hiervoor is ongetwijfeld het feit dat het voorjaar het droogste en zonnigste ooit is.

Boom vol met eikenprocessierupsen (foto: Henry Kuppen)Langere overlastperiode
Door de snelle ontwikkeling zit een groot deel van de populatie momenteel in het vijfde larvale stadium. Door het hele land zijn er echter al plaatsen waar het zesde larvale stadium bereikt is en op enkele plaatsen bereiden de rupsen zich al voor op het verpoppen. Op diverse locaties hadden de rupsen minder dan een week nodig om van het vijfde naar het zesde stadium te komen. Naast de zeer snelle ontwikkeling van een deel van de populatie constateren we dat er dit jaar een grote spreiding zit in de snelheid van ontwikkeling van de gehele populatie. Dit heeft tot gevolg dat de overlastperiode langer duurt dan normaal. Als het mooie weer aanhoudt, dan verwachten wij de eerste vluchten van de vlinders al vanaf eind juni. Dat zou extreem vroeg zijn.

De rupsen varen dus wel bij het extreem warme en droge weer. De toename in het aantal rupsen ten opzichte van vorig jaar varieert tussen regio’s. In oostelijk Brabant en noord Limburg lijkt de situatie stabiel en wordt er minder aantasting geconstateerd. In de regio oost Zeeland en westelijk Brabant zijn er grote haardgebieden geconstateerd. Veel bomen zijn daar nu kaalgevreten door de eikenprocessierups. In de regio Utrecht, Zuid-Holland, Noord-Holland en zuidwest Drenthe lijkt de intensiteit toe te nemen. In de noordelijke provincies is ook duidelijk sprake van een toename in het aantal rupsen ten opzichte van voorgaande jaren.

Meer grondnesten dan vermoed
Vorig jaar ontdekte Silvia Hellingman dat eikenprocessierupsen ook nesten in de grond kunnen maken. De afgelopen weken komen we steeds meer bomen tegen waarbij de rupsen uit en in de grond kruipen. Het aantal grondnesten is daarmee groter dan wij eerder hebben vermoed. Omdat de rupsen ‘s nachts vreten en overdag in de grond zitten is het waarnemen van nesten onmogelijk. We constateerden de grondnesten door vroeg in de ochtend de bomen na te lopen zodat je de rupsen de grond in ziet kruipen. In andere situaties zijn ze ontdekt aan de hand van oude vervellingshuiden die in de bomen zijn blijven hangen.
 

Eikenprocessierupsen kruipen uit muizenhol (foto: Silvia Hellingman)

We adviseren gemeenten en beheerders nu goed op te letten en de nesten zo snel mogelijk te laten opruimen. Door de snelle ontwikkeling maken de rupsen een nerveuze indruk en door de wind komen er steeds meer brandhaartjes in de lucht.

Tekst: Silvia Hellingman; Henry Kuppen, Kuppen Boomverzorging BV, Risico & Beheer en Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen University.
Foto’s: Silvia Hellingman en Henry Kuppen