Vlinders vliegen vroeg, maar zijn ook vroeg weer weg

Bericht uitgegeven door De Vlinderstichting op [publicatiedatum]

Door het aanhoudende mooie en zonnige weer vliegen veel soorten vlinders veel eerder dan normaal. Dat betekent echter ook dat ze eerder zijn uitgevlogen en dat merken we nu in de vervroegde vlinderdip.

Al begin april viel op dat de vlinders er dit jaar vroeg bij waren. In een natuurbericht van 11 april werd daar aandacht aan besteed. Sinds begin april is het weer over het geheel genomen erg zonnig en warm geweest en dat merken we nu nog steeds. Het bruin zandoogje, een typische zomervlinder was al voor half mei aanwezig en ook het zeldzame veenhooibeestje, dat normaal zo’n beetje half juni vliegt, is al gezien in zijn hoofdvliegplaats Fochteloërveen in Friesland. Een soort als de duinparelmoervlinder is al gemeld, en niet toevallig een erg vroeg exemplaar, maar meerdere vlinders, zowel op Ameland als in de duinen van Noord-Holland. Het groot dikkopje is al op allerlei plaatsen aanwezig en de vlinderbevolking heeft al een echt junikarakter. De eerste verse kleine vossen zijn verschenen en het wachten is op de nieuwe dagpauwogen en gehakkelde aurelia’s.

Terwijl de zomervlinders dus nu al volop worden gezien, is het echt vroeg afgelopen met de voorjaarsvlinders. De koolwitjes, normaal toch altijd en in groot aantal aanwezig, zijn er nauwelijks en komen binnenkort met hun tweede generatie. Oranjetipjes kom je nog maar incidenteel tegen en zelfs naar de rupsen moet je flink zoeken. Het landkaartje, nu in zijn typische oranje voorjaarskleed, wordt mondjesmaat gemeld. Normaal gesproken valt deze dip in het aantal vlinders in juni. Doordat de zomervlinders er al wel zijn komt deze ook minder hard aan: er is al voldoende te genieten!

Tekst en foto's: Kars Veling, De Vlinderstichting