Zingende merels en broedende bosuilen

Bericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op dinsdag 1 februari 2011

Nog even en de schaatsen kunnen weer in de kast. Tenzij Koning Winter nog een vervelend staartje winter in petto heeft. De vogels reageren vrijwel meteen op zachtere omstandigheden, zeker vergeleken met een aantal weken geleden.

Regelmatig krijgt SOVON vragen over of het normaal is dat er nu al vogels actief aan het zingen zijn. "Dat is toch wel erg vroeg", denkt men. Tijdens een koudeperiode hebben vogels immers wel wat anders aan hun hoofd dan zingen. Ze moeten het hoofd boven water zien te houden en staken het vrolijke gefluit even. Als er dan een periode met zachtere temperaturen aanbreekt, krijgen sommigen het meteen in de bol. Zingende merels, pruttelende heggenmussen en grote lijsters die hoog in een boom hun standaardriedeltje afdraaien. Ook de nog levende winterkoningen krijgen het nu op de heupen: de meeste vogelaars hebben hen dit jaar alweer gehoord.
Inmiddels zijn er, nu het ijs grotendeels verdwenen is, ook alweer baltsende futen gezien.

Het is voor al deze vogels met lentekriebels te hopen dat er geen strenge vorstperiode meer aankomt; dan komen ze van een koude kermis thuis. Sommige soorten, zoals de bosuil en kruisbek, boeit het niet of het een strenge winter is of niet. In de winter zitten zij steevast op eieren. Weer of geen weer. Dat zijn pas echte bikkels.

Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto: Malene Thyssen, Creative Commons-licentie Naamsvermelding-Gelijk delen 2.5 Unported