IJs en sneeuw: vogels zetten zich schrap
Sovon Vogelonderzoek NederlandAfgelopen weekend viel met een stevige oostenwind de vorst Nederland binnen. Vlagen van sneeuw tot soms enkele tientallen centimeters dik bedekten in de loop van zondag het hele land en het kwik daalt deze dagen ver beneden nul.
Wegtrek naar het zuiden
Vorige week zondag zagen vogelaars op trektelposten al behoorlijke verplaatsingen van vogels die bij sneeuwval meteen reageren en naar het zuiden uitwijken, zoals kieviten en veldleeuweriken. De getelde aantallen zijn maar een fractie van de werkelijke aantallen vogels die koortsachtig zuidwaarts trokken. Want de sneeuw en wind beperkten het zicht van de tellers heel sterk. De flinke uittocht werd onder meer op de radarbeelden van vliegbasis Woensdrecht gezien. Nog steeds is de massale verplaatsing goed merkbaar: flinke groepen van grasetende watervogels zoals de smient (concentratie van honderdduizend bij de Reeuwijkse Plassen tijdens een watervogeltelling!) en de kleine zwaan zijn in beweging.
Open water
Vogels die zich normaal goed verborgen weten te houden, worden met dit koude weer sneller gezien. Dat komt niet alleen doordat ze minder goed gecamoufleerd zijn in de sneeuw, maar ook doordat ze andere plekken opzoeken. Kwelslootjes zijn dezer dagen een van de weinige plekken waar het water nog niet bevroren is en bieden soelaas aan vogels die afhankelijk zijn van ondiep water, zoals wintertalingen en witgatjes. Grote zilverreigers zijn ook aan het verzamelen geslagen bij open wateren. Zo werd in de Krimpenerwaard een groep van wel 47 grote zilverreigers bij één sloot aangetroffen en zijn er enkele honderden in de Biesbosch samengeschoold. Bij wakken in het ijs zie je nu ineens interessante combinaties van soorten.
Op drift
Daarnaast duiken er vogels op in stedelijke gebieden die normaal alleen in het bos of open veld worden waargenomen. Er zijn de afgelopen dagen uitzonderlijk veel meldingen gedaan van houtsnippen in de tuin. Ook laten lijsten op LiveAtlas.nl zien dat er meer bokjes, watersnippen en wintertalingen worden waargenomen op vaak ongebruikelijke plekken. Deze actuele vogeltellingen laten meteen zien dat zulke op drift geraakte vogels meer dan anders gezien worden. Ze geven informatie over het effect van het weer.
Vorsteffect
In december werden er tijdens de PTT-tellingen een recordaantal ijsvogels geteld. Maar door dit uitzonderlijke winterweer zullen er veel dood gaan. In tegenstelling tot wat zijn naam doet vermoeden, houdt deze viseter namelijk helemaal niet van lage temperaturen. Dichtgevroren slootjes betekenen dat kleine visjes onbereikbaar worden. Begin maart 2018 zorgden twee weken met felle kou nog voor een halvering van de populatie en we verwachten nu minimaal zo'n terugval. Ook de winterkoning staat er, ondanks zijn naam, bekend om gevoelig te zijn voor extreme kou. Een koude winter zorgt vaak direct voor een stevige dip in de aantallen bij deze soort. Ook bij wat schaarsere zangvogels die bij ons overwinteren en insecten eten is de vraag wat er van ze overblijft. Denk aan tjiftjaffen en roodborsttapuiten.
Dat vorsteffect zullen we mogelijk later in het jaar pas opmerken. Dit zijn dus interessante soorten om in het oog te houden tijdens broedvogeltellingen in het komende voorjaar.
Tekst: Marwa Kavelaars, Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto's: Peter Verhelst (leadfoto: patrijzen in de sneeuw); Bruno Ens; Arjan Boele; Jan Schoppers
Figuur: LiveAtlas.nl