Jaaroverzicht zeldzame broedvogels–deel 1 (roofvogels en uilen)
Sovon Vogelonderzoek NederlandBericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op [publicatiedatum]
Zo aan het eind van het jaar is het altijd leuk om terug te blikken en te kijken naar de hoogte- en dieptepunten van het jaar. Wat zijn enkele hoogtepunten van het jaar? Welke bijzondere broedvogels mochten we verwelkomen? In deze eerste aflevering komen enkele roofvogels en uilen aan bod.
Dit jaar kreeg het succesvolle broedgeval van zwarte wouwen bij Maastricht van 2009 een fraai vervolg. Dichtbij de plek waar in 2009 twee jongen werden geringd, werd in 2010 één jong geringd dat later succesvol uitvloog. Eerdere broedpogingen van zwarte wouwen leverden tot 2009 alleen in 1996 een uitvliegend jong op (Bussloo, Gelderland), en nooit eerder was een locatie twee achtereenvolgende jaren bezet. Misschien kunnen de bloeiende Franse (minstens 20.000 paren rond de eeuwwisseling) en Duitse populaties (minimaal 2700) ervoor zorgen dat de soort bij ons een vaste broedvogel wordt.
In een bosje in de Achterhoek broedde dit jaar een paartje rode wouwen. Onder het nest werd helaas een dode jonge vogel aangetroffen. De vorige broedgevallen in ons land waren in 2008 (één vliegvlug jong, Zuidoost-Groningen), mogelijk 1998 (matige documentatie) en 1988. Rode wouwen als broedvogels in ons land zijn dus behoorlijk zeldzaam.
De zeearend zette een tweede en gelijk ook derde stap in de verovering van ons land. Behalve in de sinds 2006 bezette Oostvaardersplassen (één uitgevlogen jong) vonden elders twee mislukte broedpogingen plaats. In het Lauwersmeer werd gebroed op een al in 2009 gebouwd nest, maar bleven de drie eieren onbevrucht. Het broedgeval in het Zwarte Meer (broedende vogels op nest, geen eieren gezien) was eveneens niet succesvol, waarschijnlijk doordat het nest tijdens een storm grotendeels uit de boom waaide. Buitenlandse ontwikkelingen geven goede hoop op een verdere toename: Denemarken (in 1996 één paar; in 2008 22), Niedersachsen, Duitsland (1990 nul; 2008 22) en Schleswig-Holstein Duitsland (1990 7; 2009 63).
Na de ruigpootuilen-successen van 2008 (eerste twee broedgevallen sinds 1971) en 2009 (zeker vijf territoriale mannetjes, waarvan twee gepaard, één uitgevlogen jong) werd ook in 2010 weer een groot aantal bossen in Oost-Nederland onderzocht door de Werkgroep Ruigpootuilen. Dit keer bleef de teller steken bij drie ongepaarde territoriale mannetjes.
In Overijssel werd voor het eerst een territorium van de oehoe vastgesteld. Kortstondig roepende oehoes op zeker twee nieuwe plekken elders in het oosten van het land bleven zonder vervolgwaarnemingen maar geven wel aan dat de soort er wellicht op meer plekken aan zit te komen. Het beeld van de velduil is nog onvolledig maar op Schiermonnikoog, waar er in 2008 maar één paar werd gevonden, was het aantal vergelijkbaar met 2009 (zes tot zeven paren). Een roepende dwergooruil bij Kootwijkerbroek (7 mei tot en met 19 juni; negende waarneming ooit in ons land) kon op veel belangstelling rekenen van vogelaars. Helaas bleef de vogel ongepaard.
Dit is de eerste van drie afleveringen. Het gehele overzicht van alle zeldzame broedvogels van 2010 is na te lezen in het laatste nummer van SOVON-Nieuws 2010 welke binnenkort verschijnt. Overigens dient hierbij gemeld te worden dat een deel van de vermelde gevallen (nog) niet geverifieerd is en deze overzichten zeker onvolledig zijn. In het broedvogelrapport van 2010 zal te zijner tijd alles na te lezen zijn.
Tekst: Arjan Boele en Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto's: zwarte wouw: Saxifraga-Mark Zekhuis; rode wouw: Thomas Kraft, GNU-licentie; oehoe: Saxifraga-Martin Mollet