Groene mannetjes op de hei

In april paren de zandhagedissen. De mannetjes zijn dan zeer opvallend aanwezig in het veld. Vergeleken met de andere hagedissen en de vrouwtjes van hun eigen soort, vallen zij erg op door de felgroene kleur op hun kop en flanken. Hiermee kan deze hagedis wedijveren met de kleurenpracht van tropische hagedissen. De zandhagedis komt vooral voor op droge heide en in de duinen.

Buiten de voortplantingstijd verliest het mannetje zijn intens groene kleur. Meestal blijft hij nog wel wat vaal olijfgroen. Vrouwtjes kunnen bij de keel en de basis van de voorpoten soms geelgroenig kleuren.

Voor minder ervaren waarnemers is het onderscheid met de levendbarende hagedis soms lastig. Sommige levendbarende hagedissen kunnen wel eens groenig gekleurd zijn, maar nooit zo intens als het mannetje van de zandhagedis. Zulke kleurafwijkingen zorgen regelmatig voor verwarring tussen beide soorten. Ook onvolwassen zandhagedissen of kleine vrouwtjes worden door hun overeenkomstige lengte en het ontbreken van de groene kleur wel eens met volwassen levendbarende hagedissen verward. Zandhagedissen zijn echter steviger gebouwd. Voor foto’s van beide soorten zie het foto-album op www.ravon.nl.

In Nederland leven 4 soorten hagedissen: de zeer zeldzame muurhagedis en de wat algemenere hazelworm (een pootloze hagedis), de levendbarende hagedis en de zandhagedis.