Ontdek je plekje: ook voor teken
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door De Natuurkalender op dinsdag 10 november 2009
Door de regen en koude nachten van de afgelopen dagen neemt het aantal actieve teken sterk af. Toch worden nog steeds actieve teken aangetroffen. De vraag die veel gesteld wordt, is hoe teken bepalen in welke beesten ze zich vastbijten en welk lichaamsdeel de voorkeur heeft.
Onze schapenteken hebben een vrij brede gastheerkeuze. Het hangt echter wel sterk van het levensstadium af. Larven voeden bij voorkeur op knaagdieren en zangvogels en pikken daar doorgaans tijdens de bloedmaaltijd ook de Borrelia bacteriën op. Nimfen voeden bij voorkeur op zowel knaagdieren, diverse vogels en op grotere hoefdieren, en volwassen vrouwtjes zijn met name op hoefdieren, hazen en fazanten te vinden. Deze gegevens zijn overigens bekend uit onderzoek uit het buitenland, maar zijn nog nooit door middel van wetenschappelijk onderzoek in Nederland bevestigd.
Of deze voorkeur, zoals bij veel gastheerspecifieke muggensoorten wel het geval is, een bewuste keuze van de teek is om op een bepaalde gastheer te voeden, is nog maar de vraag. Teken hebben immers (gelukkig!) geen vleugels en kunnen daardoor minder selectief hun gastheren uitkiezen. Door hun hinderlaagstrategie, moeten ze het maar doen met de gastheer die “toevallig” voorbij komt. Het is wel aangetoond dat volwassen schapenteken alert worden door de geuren die uit de pens van herkauwers (zoals het ree) wordt uitgescheiden. Hieruit is te concluderen dat schapenteken geuren gebruiken om alert te worden, zodat ze een grotere kans hebben de gastheer te pakken, maar dat deze geuren in veel mindere mate gebruikt worden om via geurgeoriënteerd gedrag op de gastheer te jagen.
Vastbijtplek
Als de teek eenmaal een gastheer te pakken heeft, blijkt dat ze in het algemeen ook voorkeur hebben voor de plek waar ze zich vastbijten. Als we dit voor muizen bekijken, hechten verreweg de meeste teken zich op de oren en in de hals. Waarschijnlijk worden deze plekken uitgekozen omdat daar minder efficiënt “gevlooid” wordt. Of de teken bewust deze plekken uitkiezen, of dat teken op andere plekken gewoon kansloos weggevlooid worden is niet bekend.
Op grotere gastheren worden teken met name tussen de voor- en achterpoten en op de oren gevonden. Hoe de schapenteken deze plekken op de naar verhouding enorme gastheer weten te vinden is onbekend. Echter, uit onderzoek aan de bruine oorteek Rhipicephalus apendiculatis in Kenia is gebleken dat teken die rond “het achterste” van runderen worden losgelaten, in rap tempo richting de oren lopen om zich daar vast te bijten. Andersom werden op de oren losgelaten Rhipicephalus evertsi teken sterk tot “het achterste” van het rund aangetrokken. In het laboratorium bleek dat deze oriëntatie op de gastheer door lichaamsregiospecifieke geuren werd veroorzaakt. Of dit bij mensen ook het geval is, is vooralsnog een raadsel. Mijn ervaring is dat schapenteken vrij opportunistisch zijn en zich overal op het menselijk lichaam vastbijten. Doch met voorkeur voor huidplooien en onder ondergoedrandjes (zie afbeelding hiernaast). Daarnaast krijg ik regelmatig meldingen van meer exquise bijtvoorkeuren van sommige teken.... .
Fedor Gassner, De Natuurkalender, Laboratorium voor Entomologie, Wageningen Universiteit
Foto en afbeeldingen: Tekeninformatiepagina's RIVM