Bont zandoogje - primair

Heb je het bont zandoogje al gezien?

De Vlinderstichting
6-MRT-2025 - Het vlindervoorjaar gaat nu echt beginnen. Waren het tot nu toe nog voornamelijk de vlinderoverwinteraars die we te zien kregen op mooie zonnige dagen, vanaf nu zullen ook de eerste popoverwinteraars actief worden. Het bont zandoogje is daar, samen met de koolwitjes, de eerste van en is sterk toegenomen. Je kunt hem de komende weken eigenlijk in het hele land wel tegenkomen, ook in tuinen.

Mannetjes van het bont zandoogje zijn erg territoriaalHet bont zandoogje kun je eigenlijk overal aantreffen, als er maar een boom of struik in de buurt is. Alleen in de hele open weidegebieden en uitgestrekte akkers is deze vlinder afwezig. Hij is niet te verwarren met andere soorten door de bruine kleur en de crèmegele stippen. De mannetjes zijn donkerder dan de vrouwtjes en hebben kleinere gele stippen. De vrouwtjes zijn ook wat groter en ogen dus duidelijk lichter dan de mannetjes. Mannetjes herken je ook aan hun gedrag. Ze zoeken een plek met goed overzicht over de omgeving en gaan daar ‘op wacht’ zitten. Een territoriaal mannetje reageert op alles wat hij ziet, zoals vlinders, andere grotere insecten of zelfs vogels. Zodra een ander mannetje het territorium binnenvliegt, volgt een spiraalvlucht of een horizontale achtervolging. De mannetjes gunnen elkaar geen rust totdat een van beide wegvliegt. Een vrouwtje dat het territorium binnenvliegt, wordt achtervolgd tot ze landt. Het mannetje gaat naast haar zitten en baltst een paar seconden met schokkende vleugelbewegingen. Als het een maagdelijk vrouwtje is, begint vervolgens de paring.

Overal is het bont zandoogje aan te treffen, maar wel altijd in de buurt van bomen of struiken. Kaartje met de waarnemingen uit 2024

Het bont zandoogje kun je tegenkomen van de vroege lente tot in het najaar. Hier in september op hemelsleutelDe eerste vlinders vliegen in maart. Bont zandoogjes hebben drie generaties per jaar die gedeeltelijk overlappen, en je kunt ze dus eigenlijk vanaf nu tot in november zien. De groeisnelheid van de rupsen verschilt onderling aanzienlijk. Sommige rupsen groeien wel drie keer zo snel als andere. De soort overwintert gewoonlijk als pop, maar een deel van de rupsen die na half augustus uit het ei komen, gaat als rups de winter in. Vrouwtjes op zoek naar een geschikte plek om eitjes af te zetten, hebben een typische vlucht: hun vleugels bewegen snel, maar ze gaan slechts langzaam vooruit. Meestal zetten ze de eitjes afzonderlijk af op de onderkant van bladeren van diverse grassoorten, bij voorkeur van kleine, geïsoleerde pollen. In de zomer worden vooral grassen gebruikt die in de schaduw groeien, in het voorjaar en de nazomer planten die op zonnige, halfopen plaatsen voorkomen, zoals in bosranden, langs brede bospaden of in de tuin. De vrouwtjes zwerven tijdens het afzetten van de eitjes en verdelen zo hun eitjes over een groot gebied. Nu is de tijd, dus let maar op de komende dagen en geef je waarnemingen door!

Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting
Kaartje: Nationale Databank Flora & Fauna (NDFF)