Prachtige motten op smeer
De VlinderstichtingIn augustus zijn er flink wat verschillende nachtvlinders, ook wel motten genoemd, actief. Het zijn vooral nachtvlinders van de uilenfamilie die je met stroop aantrekt, maar zeker niet alleen. Op niet te koude avonden in de winter werkt de methode ook goed, maar in het voorjaar, als er veel bloemen in bloei komen krijg je nauwelijks nog vlinders op je smeer.
Voor bezorgde dierenliefhebbers: de motten blijven niet aan de stroop kleven, maar ze snoepen er van met hun lange roltong. Ze gaan dan, met een goed gevulde buik, weer op de wieken. |
Huismoeders zijn nu zeker te verwachten, want die zijn heel algemeen en het zijn echte stroopliefhebbers. Andere nachtvlinders die je momenteel regelmatig aan kan treffen, zijn de piramidevlinder, het rood weeskind, de gewone breedvleugeluil en de halmrupsvlinder of het weidehalmuiltje. De laatste twee zijn erg variabel van tekening en zijn in het veld en ook op foto's eigenlijk niet van elkaar te onderscheiden. Zij worden als 'dubbelsoort' ingevoerd in de invoerportalen Waarneming.nl en Telmee. Er kunnen regionaal flinke verschillen zijn in zowel het aantal vlinders dat op de stroop afkomt, als in de soortensamenstelling. In de duinen worden bijvoorbeeld vaak grotere aantallen aangetroffen.
Er zijn veel recepten in omloop voor stroop en je kunt deze nauwgezet volgen, maar je kunt ook je eigen fantasie gebruiken. Belangrijk is dat het erg zoet is en flink ruikt, want nachtvlinders komen op die geur af. Een scheutje alcohol in je stroop verwerken zorgt daarvoor. Een beetje wind is daarom ook prima, want dan wordt de geur nog beter verspreid. Er zijn nachtvlinderaars die geen zin hebben in teveel in de keuken staan. Zij gebruiken bijvoorbeeld rode wijn, waarin flink wat suiker is opgelost . Ze spuiten dat vervolgens met een plantenspuit op een boom.
Na zonsondergang niet betreden!
Veel bossen, parken en natuurgebieden zijn na zonsondergang niet toegankelijk. Je kunt dus niet zomaar overal het bos in om te stropen. Houd je aan de regels en informeer bij de eigenaar of beheerder van het gebied of je er op zoek mag naar nachtvlinders. Vaak is dat geen probleem, zeker als je zorgt dat datgene wat je vindt ook weer wordt doorgegeven aan de beheerder.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting (leadfoto: rood weeskind)