Plant & insect: slangenkruid
Hortus botanicus LeidenVandaag de dag hoef ik voor slangenkruid (Echium vulgare) niet meer op vakantie. Menig berm is enthousiast ingezaaid met wilde-plantenmengsels en tussen de gewone ossentong en gele morgenster bloeit het slangenkruid momenteel massaal. Blauw is een verleidelijke kleur, toch haalde slangenkruid niet de top vijf in de Nationale Bloem Verkiezing. 'Mijn huid heeft niets glads, zoals een slang, maar is bezet met borstelige haren en eerder ruw als schuurpapier. Die slang zit in mijn keel. Kijk goed en je ziet een lange gespleten tong, de stempel van mijn vruchtbeginsel. Ik sier open zandige plekken met mijn prachtige blauwpaarse bloemen, die wilde bijen graag komen bezoeken. Stem blauwpaars, stem slangenkruid'. Helaas voor het slangenkruid, het madeliefje won de verkiezing: ga vooral nog even bij Paleis Het Loo kijken, waar op de heerlijke tentoonstelling Bloom! het originele werk van Esmée Winkel hangt, bomvol prachtig getekende madeliefjes.
Inheems en adventief
Slangenkruid is in Nederland inheems, maar in een grijs verleden is hij uit het gebied van de Middellandse Zee en dat van de Zwarte Zee onze kant op gekomen: al in prehistorische tijden heeft hij zich verspreid. Van hetzelfde plantengeslacht worden nog andere soorten in ons land aangevoerd als adventiefplanten – daarover vertelt Norbert Peeters in het kader van de Week van de Biologie, die morgen z'n laatste dag beleeft.
Slangenkop
Er zijn in Nederland elf geslachten van ruwbladigen in het wild, waaronder die van het slangenkruid (Echium). De bloemen geven geen waarneembare geur af, maar insecten weten ze even goed te vinden. Ruwbladig is slangenkruid zeker: het blad staat aan de boven- en onderkant vol haren en ook de stengel is flink behaard. De plant is tweejarig. De knoppen zijn roze, eenmaal open zijn de bloemen korenbloemblauw. Die bloemen zullen de inspiratie gegeven hebben voor de naam: ze hebben de vorm van een muil waar een gespleten stijl uitsteekt, net een slangenkop. Ook de vruchten lijken volgens de Griekse geneeskundige Dioscorides op de kop van een slang. De gevlekte ruige stengel doet ook aan slangen denken.
Hommels
Plant & insect is dit jaar het jaarthema van de botanische tuinen. Bijen en hommels zijn blij met slangenkruid, net als vliegen, zweefvliegen en kevers, en het is een waardplant voor de distelvlinder. Ik zag een hommeltje dat keurig van onder naar boven langs de aar de bloemen afging. "Elke bloem staat twee dagen in bloei. De eerste dag komen de meeldraden tot ontwikkeling en wordt het stuifmeel afgegeven. De tweede dag krommen de meeldraden zich en is inmiddels de stamper verder uitgegroeid, met de stempels op de plaats waar zich eerder de helmknoppen van de lange meeldraden bevonden", schrijven Arjen Neve en Raymond van der Ham in 'Bijenplanten: nectar en stuifmeel voor honingbijen' (pdf: 54,5 MB). Maar een goede plant voor honing is het niet: de nectar en het stuifmeel bevatten pyrrolizidine alkaloïden (PA’s). Honing van zuiver slangenkruid is daarom geen aanrader, maar een potje pure slangenkruidhoning zul je niet snel in handen hebben.
Onderzoek
Plant & mens is in 2025 het jaarthema van de botanische tuinen. Wat heeft de mens met slangenkruid gedaan, behalve genieten van de mooie blauwe bloemen? Frederic Lens onderzocht de verhouting van kruiden. Zo'n vijftien plantenfamilies hebben de eigenschap dat ze deels kunnen verhouten. Onder andere tomaat en slangenkruid behoren daartoe. "Als we begrijpen welke genen zorgen voor houtvorming, kunnen we in de toekomst misschien zelf houtige planten maken, bijvoorbeeld enorme kolen", schreef Lens zo'n tien jaar geleden in het Vriendenblad van de Leidse Hortus.
Kleurstof en geneesmiddel
Historisch gebruik was er ook. Rode kleurstof uit de wortel is in het verleden toegepast als basis voor rode kleurstof – al vind ik weinig voorbeelden of recepten, het zal geen wijd verbreid gebruik zijn geweest. Wel is slangenkruid als geneesplant gebruikt. Misschien bracht de naam of het uiterlijk mensen op het idee dat de plant tegen slangenbeten helpt. De al genoemde Dioscorides gebruikte het sap van wortels en bladeren hiervoor. De persoon die gebeten was dronk het sap of het werd op de wond gelegd. Helpen deed het niet, maar het blijft een mooi verhaal om jonge natuurliefhebbers te vertellen, als je ze de gespleten 'slangentong' aanwijst.
Meer informatie
- Slangenkruid is geen stoepplant, maar wel in stadse bermen te vinden.
- Er wordt onderzoek gedaan naar houtvorming bij kruiden.
- Slangenkruid is ook te vinden in deze botanische tuinen.
- Plant & insect is het jaarthema van de botanische tuinen.
Tekst: Hanneke Jelles, Hortus botanicus Leiden
Beeld: Hanneke Jelle; KU Leuven; Dr. C.A.J.A. Oudemans; Prof. Dr. Thomé's Flora von Deutschland, Österreich und der Schweiz