Oosterscheldekreeft blijkt unieke, geïsoleerde populatie
University of Exeter, Wageningen Marine ResearchInzichten in ruimtelijke verspreiding en passende beheermaatregelen
Het onderzoek naar de Oosterscheldekreeft werd geleid door de Universiteit van Exeter in samenwerking met MarinX en Wageningen Marine Research. Europese zeekreeften (Homarus gammarus) hebben in hun hele verspreidingsgebied te maken met drukfactoren zoals visserij en verlies van leefgebied. Daarom is het belangrijk om visserij op een duurzame manier te beheren. Beheermaatregelen moeten passen bij de kenmerken van de populatie. Ruimtelijke verspreiding is één van die kenmerken. Een goede kennis van de ruimtelijke grenzen van een populatie, maakt goede monitoring om de populatieontwikkeling te volgen mogelijk. Met deze informatie kunnen visserijbeheerders effectieve regels opstellen voor vangst en visserij-inspanning.
Genetisch onderzoek om te begrijpen hoe populaties met elkaar verbonden zijn
Bij het onderzoek naar verspreiding van populaties wordt steeds vaker gebruikgemaakt van genetisch onderzoek. Dit helpt bij het vaststellen van de geografische verspreidingsgrenzen en om te zien of er tussen verschillende gebieden uitwisseling is van jonge dieren van dezelfde soort. Voor de Europese zeekreeft wordt ook genetisch onderzoek gebruikt om deze verbindingspatronen te onderzoeken.
Samenwerking en diepgaand onderzoek
Vooruitgang in genetische technieken heeft aangetoond dat kreeften in het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan verbindingspatronen vertonen die erop duiden dat de uitwisseling tussen populaties beperkt is. Vooral Scandinavische populaties verschillen sterk van de andere.
Eerder deed de Universiteit van Exeter al genetisch onderzoek naar het mitochondriaal DNA van de Oosterscheldekreeft. Op basis van dit onderzoek concludeerden de onderzoekers al voorzichtig dat de Oosterscheldekreeft zich onderscheidt van andere Europese kreeftenpopulaties. Dit resulteerde in een diepgaander onderzoek, waarbij de Universiteit van Exeter samenwerkte met Nederlandse onderzoekers van MarinX en Wageningen Marine Research. Met behulp van een geavanceerdere DNA-onderzoeksmethode ontdekten onderzoekers dat de Oosterscheldekreeft aanzienlijk verschilt van kreeften elders in Europa.
Mysterie Oosterscheldekreeft: isolatie en aanpassing
Europese zeekreeften uit Noorwegen en Marokko lijken genetisch sterker op elkaar dan dat Oosterscheldekreeften lijken op hun soortgenoten uit de Noordzee. Voor Oosterscheldekreeften lijkt deze afwijkende situatie het gevolg van genetische veranderingen in de loop van de tijd, en van lokale aanpassingen. Dit wijst er sterk op dat Oosterscheldekreeften een unieke, geïsoleerde populatie vormen, die voor de voortplanting volledig afhankelijk is van zichzelf.
Het blijft vooralsnog een mysterie van welke populatie de Oosterscheldekreeft afstamt. Uit historische bronnen zou afgeleid kunnen worden dat het gaat om ontsnapte kreeften, oorspronkelijk geïmporteerd uit Scandinavië voor de handel in de zeventiende eeuw. De nieuwe genetische gegevens konden deze historische verwijzingen niet bevestigen. De genetische verschillen tussen hedendaagse Oosterscheldekreeften en kreeften uit het Scandinavische gebied zijn te groot.
Een boeiende ontdekking is dat genetische variaties, specifiek voor de Oosterscheldekreeft, hebben geleid tot veranderingen in cruciale genen. Het gaat vooral om een belangrijk gen dat te maken heeft met het verdragen van lage zuurstofniveaus. Dit wijst erop dat Oosterscheldekreeften genetische aanpassingen hebben behouden om te overleven en zich voort te planten in de Oosterschelde.
Op koers voor de Oosterscheldekreeft
De ontdekking dat Oosterscheldekreeften een unieke, geïsoleerde populatie vormen, heeft consequenties voor het beheer. Bij kreeftenpopulaties elders in Europa, die genetisch meer lijken op nabijgelegen populaties, vindt een zekere mate van genetische uitwisseling plaats waardoor er meer variatie is. Dit leidt tot een grotere veerkracht van deze populaties, bijvoorbeeld wanneer ze onder druk komen te staan door hoge sterfte als gevolg van visserij, ziekten of andere factoren. Doordat de Oosterscheldekreeft een unieke, geïsoleerde populatie vormt die afhankelijk is van zijn eigen ouderdieren voor voortplanting, is deze populatie waarschijnlijk bijzonder gevoelig voor - veranderingen in - zowel natuurlijke als door mensen veroorzaakte drukfactoren. Als de Oosterscheldekreeftpopulatie sterk afneemt, bijvoorbeeld door recente, massale, nog onverklaarde sterfte, kan het herstel langzaam verlopen. De onderzoekers adviseren om het kreeftenbestand in de Oosterschelde nauwlettend te monitoren. Zo kunnen ze ervoor zorgen dat ze de belangrijke biologische kenmerken begrijpen, en kunnen ze controleren of de huidige beheermaatregelen effectief zijn om deze unieke populatie te beschermen.
Wageningen Marine Research en de beroepsvisserijvereniging OWV werken sinds 2021 nauw samen aan het ontwikkelen van een methodiek om de ontwikkeling van het kreeftenbestand op de lange termijn te volgen. Er staat ook meer genetisch onderzoek op de planning.
Meer informatie
- Het wetenschappelijke artikel Genetic divergence and adaptation of an isolated European lobster population in the Netherlands, verschenen in het ICES Journal of Marine Sciences (pdf; 2.7 MB).
- Meer informatie over het project LobStAR, Bestandsschatting- en beheer Oosterscheldekreeft.
Tekst: Charlie Ellis, University of Exeter; Nathalie Steins & Cecile Leuverink, Wageningen Marine Research
Foto's: Shutterstock (leadfoto: Noordzeekreeft); Oscar Bos