Meer doen met groen in jouw buurt? Daag je gemeente uit!

Atlas Leefomgeving
30-NOV-2023 - Zelf je straat inrichten of je favoriete park beheren? Daag je gemeente uit! Het uitdaagrecht komt nu in de wet. “Knappen inwoners een stukje van hun wijk op, dan is dat ook mooi voor de gemeente”, stelt Frank Speel van de VNG. Iemand die daar ervaring mee heeft, is stadsdokter Rini Biemans. Hij daagde gemeente Rotterdam uit om vier groenparken te genezen en bracht de natuur terug in de stad.

Inwoners kunnen hun gemeente uitdagen en een taak overnemen als ze denken dat het beter, slimmer, leuker of goedkoper kan. Nederland nam deze vorm van participatie in 2019 over van Engeland, waar het ‘Right to challenge’ heet. “Nederlanders maakten tot nu toe alleen weinig gebruik van het uitdaagrecht”, vertelt Frank Speel, programmamanager Lokale Democratie bij de VNG (Vereniging van Nederlandse gemeenten).

Maar nu komt het uitdaagrecht in de wet. Gemeenten moeten in een officieel document (participatieverordening) uitleggen waarom zij wel of niet meedoen aan het uitdaagrecht. “Het is de meest verstrekkende vorm van inwonersparticipatie”, stelt Frank. “Dit recht vergroot de betrokkenheid en maakt inwoners eigenaar van een klein stukje in hun wijk.”

Het betekent volgens Frank dat gemeenten echt moeten nadenken over hoe ze ruimte geven aan ideeën van inwoners en dit moeten motiveren. “Hierdoor komt het betrekken van inwoners nog hoger op de gemeentelijke agenda”, stelt hij. Als inwoners een taak overnemen, krijgen gemeenten ook een andere rol. Ze zijn dan geen regisseur meer, maar krijgen meer de taak van ondersteuner. Daar zijn gemeenten nu nog niet op ingericht. Je moet als gemeente een stukje verantwoordelijkheid uit handen geven en los durven laten. Daar is lef voor nodig en dat is best spannend.”

Stad genezen? Breng mensen bij elkaar in de stadsnatuur!

Rini Biemans deed het met zijn onderneming 'Creatief Beheer', die hij samen met zijn vrouw Karin Keijzer runt. Hij stapte naar gemeente Rotterdam en zei: “Geef mij het geld dat jullie besteden aan het onderhoud van een park, want wij kunnen dat beter.” Gemeente Rotterdam durfde de uitdaging aan en Creatief Beheer nam het groen- en schoonbeheer over op vier plekken. We spreken Rini op een van die plekken: Stadspark 1943. Het park dankt zijn naam aan het vergissingsbombardement op de Bospolder-Tussendijken van 31 maart 1943. Een groene en levendige oase midden in de wijk Tussendijken, met grasveldjes, speeltoestellen en meerdere plantsoenen. Er liggen drie scholen om het park: kinderstemmen gonzen door de lucht. Als we aankomen, zien we vrijwilliger Sarah met een handjevol mensen yoga doen.

Stadsdokter Rini Biemans in Park 1943

Rini is opgeleid als arts, werkte als kunstenaar en nu is hij, zoals hij zelf zegt: dé enige echte stadsdokter. In de stad, waar hij zelf ook werkt en woont, is hij een bekend gezicht. Lachend: “Ik heb die term ‘stadsdokter’ zelf verzonnen, maar iedereen spreekt mij nu zo aan!” Daarna ernstig: “We moeten de stad genezen.”

Waarom moet de stad genezen worden? Daar heeft Rini duidelijke ideeën over. “94 procent van de ziektelast komt van vier moderne, langzame moordenaars: stress, eenzaamheid, weinig bewegen en slecht eten. Dit speelt nog meer in de slechtere wijken in de stad. Daar wilden we iets aan doen.” Aan pillen en therapie doet Rini niet. “Er zijn heel veel manieren om mensen te helpen”, meent hij. “Natuur geneest en ontstrest. Je moet mensen uit hun isolement halen en weer samenbrengen. Als je mensen iets samen in die natuur laat doen, zie je ze groeien en bloeien.”

Alleen via het uitdaagrecht

Sinds 2003 brengen Rini en Karin met professionals en vrijwilligers bewoners bij elkaar en maken zij plekken in Rotterdam schoner, groener, gezonder en gezelliger. Dit ging niet vanzelf. “Onze projecten tot 2019 waren op tijdelijke terreinen, die we inrichtten en onderhielden. Het was bijna niet vol te houden, financieel en mentaal.” Zo werd het groen dat Creatief Beheer plantte, meerdere keren weggehaald. “We besloten de gemeente uit te dagen”, zegt Rini. “Een challenge was de enige manier om onze aanpak structureel te ontwikkelen.” Niet dat het eenvoudig was. Het kostte Rini een jaar om de gemeente mee te krijgen.

Maar het is gelukt. In 2019 ging Creatief Beheer van start in Park 1943. Ze namen voor 30.000 euro per jaar twee taken over: het schoonhouden en het groenbeheer. Naar het schoonhouden gaat ongeveer 25.000 euro en naar het werken in het groen 5.000 euro. In Park 1943 zijn twee freelance tuiniers en vijf vrijwilligers actief. Het team van Creatief Beheer bestaat uit dertig vrijwilligers en drie freelancers. Rechterhand Suzanne coördineert de onderhandelingen met de gemeente en doet de administratie.

Vrijwilligers aan de slag in Park 1943

Voor vrijwilligers heeft Rini drie gouden regels: afspraken nakomen, niet liegen en positief zijn. Rini: “Positief zijn, dat is vaak het lastigst. Als mensen hier komen, hebben ze vaak gezondheidsproblemen, weinig contacten en geen baan. Zou jij dan vrolijk zijn? Wij bieden een plek waar ze altijd welkom zijn. Vrijwilligers krijgen een uurvergoeding van 2,50 euro en werken zo’n 40 uur per maand. Dit is zeer welkom naast de uitkering of het pensioen. Het geeft ze voldoening en dan horen ze er weer bij. Dat weer opbloeien gaat natuurlijk niet van de een op andere dag, maar heeft net als het opbloeien van de natuur tijd nodig. Die tijd geven we ze!”

Volgens Rini zijn ze eigenlijk één grote familie. “Wel een hele aparte familie, want er zitten mooie types tussen. Soms gaat het in discussies hard tegen hard. We huilen én lachen samen en lossen conflicten op. Met de meesten werk ik nu al meer dan vijf jaar. Dat schept een band.”

Op houtsnippers tussen de bloemen lopen

Rini praat snel én veel, terwijl hij enthousiast met een prikker een prop papier van de grond plukt en in een emmer mikt, die hij in zijn andere hand houdt. Op een drafje volgen we de bevlogen stadsdokter door het groen en over smalle paadjes met houtsnippers.

Rini loopt op het door de vrijwilligers aangelegde houtsnipperpad

“Hoi”, roept hij tegen een jongedame in tuinkleding. Het is Sarah, die eerder de yogales gaf. “Zij is hier in opleiding. Heel leuk, want jonge mensen trekken jonge mensen aan. En die kan ik goed gebruiken. Sarah is een pitbull hoor, als zij zich ergens in vastbijt, komt het goed.” Hij wijst naar beneden, naar het slingerpaadje van houtsnippers waarop we lopen. “Heeft zij aangelegd, met de vrijwilligers”, zegt Rini trots. “Prachtig toch, nu kun je mooi tussen de bloemen lopen.”

Rini en Sarah

Schoon en groen

We volgen Rini en Sarah, die enthousiast om zich heen prikkend verder lopen. Hun emmers beginnen aardig vol te raken. Als we een blik in de groene emmer werpen, zien we sigarettenpeuken, proppen papier en plastic zakjes. ”Je staat er versteld van wat mensen allemaal weggooien”, vervolgt Rini. “We komen hier de gekste dingen tegen.” Dat blijkt inderdaad, als Rini opeens achter een hek een kapotte akoestische gitaar opvist. Weten we wel dat hij zelf ook liedjes schrijft? “Mijn laatste liedje ging over dat je je eigen sprookje moet maken”, steekt hij van wal. “Want dat doet niemand voor je.” Maar voor hij het eerste couplet kan inzetten, schiet er plots een grijze flits langs. Ook ratten bewonen het park.

Mensen gooien de gekste dingen weg in het park, zelfs een kapotte akoestische gitaar

Rattenparadijs

“Ja, die krijg je als mensen van alles weggooien”, gaat Rini verder. Maar die ratten horen volgens hem ook bij de stadsnatuur. Toch is rattenoverlast, net als in andere steden, ook in Rotterdam een probleem. In 2017 kreeg Rini 40.000 euro van de gemeente voor zijn project Rattenparadijs: via ecologisch en sociaal beheer de rattenoverlast in de stad verminderen. “Ratten zijn niet het probleem, maar het symptoom van een zieke stad”, stelt hij. “We laten teveel eten slingeren en tegelijkertijd ontbreken natuurlijke vijanden van de rat.” In zijn project ging hij met bewoners het gesprek aan en verenigde hij het rattenprobleem, zwerfvuil en stadsnatuur in een campagne. Rini: “Het was ons topproject van 2017. We lieten zien hoe je het rattenprobleem kunt verminderen door aan een groenere en schonere omgeving te werken. Win-win, ook voor de gemeente.”

Een kijkje in de emmer: opgeruimd staat netjes! Maar dit gooien mensen dus weg in de natuur

De natuur de natuur laten

Schoon en netjes is inderdaad belangrijk, benadrukt Rini. Maar hij baalt er toch een beetje van, dat het bedrag dat hij van de gemeenten krijgt voor het schoonhouden van het park vele malen hoger is dan wat hij krijgt voor groenbeheer. Want dat groen is minstens zo belangrijk. Hij heeft hier ook duidelijke ideeën over en noemt dat het nieuwe tuinieren. Dit betekent onder andere onkruid toelaten. Want, zo zegt hij: “Op de hei ga je toch ook niet planten en schoffelen.” Hij geeft nog een voorbeeld: “Neem nou die platanen die daar zijn neergezet, die zijn echt nul interessant voor de biodiversiteit.”

Het enige wat Rini en zijn team doen, is ‘knippen, scheren en markeren’. “We laten de plantjes gewoon spontaan opkomen”, legt hij uit. “Wij knippen ze af en toe een beetje bij en soms laten we een open ruimte. Zo imiteren wij de grazers in de natuur. Hierdoor krijgen inheemse plantensoorten de ruimte.” 

Stadspark 1943: een paradijs voor insecten en vlinders

Rini wijst op het duizendblad, de weegbree, de wespenorchis en de smeerwortel. “Ja, de wespenorchis, die is hier spontaan komen binnenzeilen en die is redelijk zeldzaam.” Al die variatie aan inheemse planten zorgt volgens Rini voor veel meer insecten en vlinders in het park.
“Maar vaak vinden de mensen die inheemse soorten niet per se mooi, zucht hij. Hij wijst op het veld waar hij enkele uitheemse hortensia’s heeft geplant voor de mooie accenten. “Mensen vinden die hortensia’s mooi. Belangrijk is om te zorgen voor gevarieerd groen waar insecten ook graag komen en dat er netjes uitziet. Maar 50 procent inheems vind ik echt een voorwaarde voor een gezond park.”

Eigenlijk zou Rini iedereen wel willen oproepen om aan de slag te gaan: “Je hoeft echt de ballen verstand van tuinieren te hebben en dan nog kun je dit doen. Je kunt gewoon beginnen! Het experiment aangaan en daarvan leren. Je kunt wel een tuinplant bij een tuincentrum kopen, maar het is toch veel spannender en leuker om te kijken wat de natuur zelf laat groeien als die een kans krijgt? Bovendien is dat veel beter voor de biodiversiteit!”

Geef ruimte aan de stadsnatuur

Rini’s visie op groenonderhoud strookt niet met die van de gemeente. “De gemeente houdt van netjes en verzorgd”, zegt hij. “Sommige inheemse planten die goed voor de biodiversiteit zijn, zien zij als onkruid. En de natuur de natuur laten, leidt volgens de gemeente tot wildgroei.” Maar volgens Rini hoeven vrij en verzorgd elkaar niet uit te sluiten. “Kijk hier maar om je heen”, zegt hij. “Het ziet er toch prachtig uit. Dat wil ik de gemeente laten zien: dat wanneer je de natuur meer ruimte geeft, dit ook kansen biedt. Het gonst hier in de zomer van de insecten en vlinders.”

Aan iedereen wordt gedacht in Park 1943

Maar dan moet de gemeente wel die ruimte aan de natuur durven te geven. “Wat ik nu vaak zie, is dat ze er eens in de zoveel jaren weer allemaal nieuwe planten ingooien”, stelt hij. “Of ze breken de boel weer helemaal open. Hoe kun je zorgen voor een robuuste stadsnatuur als je die natuur niet de ruimte en de tijd geeft om te settelen? Dat ecosysteem moet zichzelf elke keer opnieuw opbouwen.”

Daarom is hij nu bezig met het ontwikkelen van een ecologische standaard voor groen in de openbare ruimte: de BIOCROW. Dat doet hij in opdracht van het kenniscentrum CROW dat standaardkwaliteitsniveaus voor het beheer van groen in de openbare ruimte maakt. “Een mooie ontwikkeling”, vindt Rini. “Zo komt er in de beheerplannen van gemeenten voor het openbaar groen meer aandacht voor herstel van de biodiversiteit en worden ze uitgenodigd om hun groen anders te beheren.”

Park 1943: een stukje wilde natuur midden in de stad

Gemeenten, kom uit je hol!

Rini krijgt in het park de ruimte, maar toch is hij nog niet helemaal tevreden. Wat kunnen gemeenten beter doen? Rini antwoordt abrupt: “Gemeenten, kom uit je hol!” Volgens de stadsdokter zijn gemeenten nog te terughoudend en zouden ze veel meer in kunnen gaan op de ideeën van inwoners. “Het zou fijn zijn als de gemeente mij ziet als gelijkwaardig en echt op mij durft te vertrouwen.”

Toch benadrukt hij dat hij vooral positief is over de kansen die hij krijgt van de gemeente. Hij wil het park vooral samen met de gemeente mooi houden en ontwikkelen. “Ik zou het prachtig vinden als we het niet het ’Right to challenge’ zouden noemen, maar het ‘Right to cooperate’. Want ik wil samen mét de gemeente problemen oplossen.” De stadsdokter is blij dat het uitdaagrecht in de wet komt, want dan weet hij zeker dat hij door kan gaan.

Het mooie aan inwoners iets laten doen, is volgens Rini dat ze echt iets voelen bij hun wijk doordat ze er leven. “Je kunt als gemeente natuurlijk een bedrijf inhuren, maar zij doen wat ze moeten doen. Voor die mensen is het gewoon een stukje anoniem stadsgroen dat zij onderhouden. Voor ons is het een speciale plek. We kennen de planten, de dieren en de mensen en gaan voor het paradijs. Hoe mooi zou het zijn als Stadspark 1943 een modelpark wordt voor het nieuwe tuinieren? De gemeente Rotterdam is nog lang niet van mij af. Ik heb nog zoveel mooie plannen.”

Een van die plannen is het realiseren van een babynatuurtuin voor kinderen van 0 tot 4 jaar in Park 1943. Jonge kinderen komen zo vrij in aanraking met de natuur en hun ouders hebben een leuke plek om elkaar te ontmoeten

Kloof tussen inwoners en gemeente verkleinen

Voor gemeenten biedt het uitdaagrecht naast een uitdaging ook kansen. Dat laat het verhaal van Rini heel mooi zien. “Gemeenten lopen soms over”, licht Frank toe. “Zeker nu er zoveel op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling moet gebeuren. Inwoners kunnen met het uitdaagrecht een stukje van een wijk mooier maken. Dat is ook mooi voor de gemeente.”

In Engeland zorgde het Right to Challenge ervoor dat gemeenten nu eerder praten met bewonersgroepen. “Uit peilingen blijkt dat mensen steeds minder vertrouwen in de politiek hebben”, stelt Frank. “Door mensen in hun eigen wijk meer verantwoordelijkheid te geven, kunnen we dat vertrouwen hopelijk een beetje herstellen. Ook ontstaat er zo meer betrokkenheid van inwoners enerzijds en meer steun voor beslissingen die de gemeente maakt anderzijds. Zo draagt het ook bij aan de democratie: voor en door de mensen om wie het gaat.”

Zelf aan de slag met het uitdaagrecht?

Wil jij net als Rini jouw gemeente uitdagen? Kijk op de website van jouw gemeente of zij meedoen met het uitdaagrecht. Als dat zo is, daag dan je gemeente uit! Maak jouw plan sterk met betrouwbare informatie uit de Atlas Leefomgeving. Stel: je wilt een braakliggend stukje grond of een versteend plein in jouw wijk omtoveren tot een groene oase. Gebruik dan de Groenkaart om te laten zien dat er nog maar weinig groen in jouw wijk is. Of gebruik de kaart Stedelijk hitte-eiland effect, om te laten zien dat het erg warm wordt in de wijk. Groen in jouw wijk kan helpen om hitteoverlast te voorkomen. En de Atlas Leefomgeving heeft nog veel meer kaarten waarmee jij je gemeente kunt overtuigen. 

Laten we Park 1943 eens bekijken op de kaarten Stedelijk Hitte-eiland effect en Water op straat na een extreme regenbui. We zien dat Park 1943 een relatief koelere plek is in een omgeving waar het heel warm wordt in de zomer. We zien ook dat er in de straten rond Park 1943 minder water blijft staan na een extreme regenbui. Groen helpt dus tegen de gevolgen van klimaatverandering en met de Atlas-kaarten kun je dit mooi laten zien.  

Park 1943 op kaart Stedelijk Hitte-eiland effectPark 1943 op kaart Water op straat na een extreme regenbui

Meer informatie

Tekst: Jeannine Brand en Eline Wester
Beeld: Jeannine Brand
Kaarten: Atlas Leefomgeving