Is 'tankmos' grijs kronkelsteeltje te stoppen?
Stichting BargerveenStikstof en plaggen
Grijs kronkelsteetje (Campylopus introflexus) is een invasieve mossoort, oorspronkelijk afkomstig van het zuidelijk halfrond. De soort is in 1961 voor het eerst in Nederland waargenomen en is inmiddels een zeer algemene soort geworden in ons land. Grijs kronkelsteeltje vormt voornamelijk een probleem op zure zandgronden in de duinen en op heide. De zeer dichte zoden die de soort vormt 'walsen' over de bodem en maken de groei van andere soorten vaak onmogelijk, de vermoedelijke reden voor zijn bijnaam ‘tankmos’. De hoge stikstofdepositie speelt hierbij een dubbelrol. Het zorgt voor verruiging, waardoor herstelmaatregelen als plaggen eerder nodig zijn, maar de kale bodem vormt een geschikte groeiplaats voor grijs kronkelsteeltje, die door de stikstofdepositie ook nog eens harder groeit. Heide kan onder de dikke mat van grijs kronkelsteeltje moeilijk kiemen waardoor heideverjonging nauwelijks optreed. Ook verschillende mossen en korstmossen worden weggeconcurreerd en het Europees beschermde habitattype Droge heide (H4030) en stuifzanden komen onder druk te staan.
Grijs kronkelsteeltje op de Regte Heide & Riels Laag
In het Natura 2000-gebied De Regte Heide & Riels Laag komt het habitattype Droge heide veel voor. Om vergrassing tegen te gaan plagt en choppert het Brabants Landschap delen van het gebied. Zowel door de huidige hoge stikstofdepositie als door een hoge stikstof- en zwavelbelasting in het verleden, is grijs kronkelsteeltje na de maatregelen sterk gaan domineren op de kale bodem. Hierdoor treedt er nauwelijks kwaliteitsverbetering van de heide op na de herstelmaatregelen.
Stichting Bargerveen is samen met Brabants Landschap in 2022 een onderzoek gestart op de Regte Heide om handvatten te ontwikkelen voor kwaliteitsverbetering van het habitattype Droge heide zonder nieuwe dominantie van grijs kronkelsteeltje. Omdat het mos profiteert van een combinatie van stikstof, bodemverzuring en kale bodem, zoeken we de oplossing in een combinatie van maatregelen die deze drie problemen tegelijk aanpakt: bestrijding van de effecten van verzuring (door opbrengen van steenmeel of kalk) en van vermesting door stikstof (door te plaggen), en een snel herstel van de oorspronkelijke plantengemeenschap (aanbrengen van maaisel met zaden van inheemse doelvegetatie). In het onderzoek testen we of deze innovatieve combinatie van methoden het systeem weerbaarder maakt tegen grijs kronkelsteeltje. De maatregelen worden onderzocht in kleinschalige kweekexperimenten en in een grootschalig veldexperiment.
Kweekexperiment
In een kleinschalig kweekexperiment worden (combinaties van) maatregelen ontwikkeld die in staat zijn de dominantie van grijs kronkelsteeltje te voorkomen en/of te doorbreken. Dit experiment vindt plaats bij het kassencomplex van de Radboud Universiteit Nijmegen. In deze gecontroleerde omgeving wordt het effect van plaggen op vier verschillende dieptes onderzocht in combinatie met het toevoegen van veel en weinig kalk of steenmeel. Zowel op geplagde bodems als bij een dichte bedekking van grijs kronkelsteeltje of pijpenstrootje (Molinia caerulea) wordt onderzocht of steenmeel en kalk de kiemkracht van grijs kronkelsteeltje onderdrukken en al aanwezig mos terug kan dringen.
Veldexperiment
In een grootschalige veldexperiment zijn er op de Regte Heide 90 plots van 4 bij 4 meter uitgezet waarbij verschillende maatregelen zijn toegepast. De plots zijn uitgezet op recent geplagde bodem, vergraste bodem (met pijpenstrootje) en vermoste bodem (met grijs kronkelsteeltje). Van de plots is een deel vervolgens behandeld met steenmeel of kalk en een deel is niet behandeld en dient als controle. Op de helft van de geplagde plots is daarnaast nog vers gemaaid maaisel met rijpe zaden uitgestrooid van doelvegetatie uit de directe omgeving. Hiermee achterhalen we of het actief inbrengen van inheemse vegetatie ervoor zorgt dat de plots na plaggen begroeid raken met doelsoorten voordat het ongewenste grijs kronkelsteeltje dominant wordt.
Resultaten en conclusies
Het project is in het najaar van 2022 ingezet en de komende 2,5 jaar wordt de vegetatieontwikkeling, de dikte en bedekking van grijs kronkelsteeltje, de bodemkwaliteit en de kwaliteit van de vegetatie gevolgd. De resultaten worden gedeeld met beheerders en geïnteresseerden via rapportages en toekomstige berichten op Nature Today.
Meer informatie
- Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Laura van Veenhuisen.
- Dit onderzoek wordt mogelijk gemaakt door de Provincie Noord-Brabant
Tekst: Laura van Veenhuisen & Marijn Nijssen, Stichting Bargerveen
Foto's: Jan Kuper, Stichting Bargerveen (leadfoto: dominantie van grijs kronkelsteeltje na verwijderen van dennenopslag in het Nationaal Park Maasduinen); Laura van Veenhuisen, Stichting Bargerveen