Lynx sluipt naderbij
ARK Rewilding NederlandVan oorsprong kwamen lynxen veel voor in Nederland. Eeuwenlange intensieve jacht verdreef ze tot aan de randen van Europa. Sinds eind vorige eeuw genieten ze echter overal bescherming. In de Harz en het Pfalzerwald in Duitsland zijn ze opnieuw uitgezet. Van daaruit breiden mannelijke lynxen zich inmiddels gestaag uit. In de Semoisvallei in België houdt zich al een paar jaar een lynx op, in 2017 is op twee kilometer van de Nederlandse grens bij Zuid-Limburg een jonge lynx waargenomen en op 20 kilometer van Winterswijk werd in het seizoen 2018-2019 een lynx gezien.
Dit grote roofdier staat dus aan de poort van Nederland, maar echt lynxvriendelijk is ons landschap nog niet. Daarvoor ontbreken robuuste verbindingen tussen natuurgebieden. Zelfs de Veluwe, het grootste aaneengesloten natuurgebied van West-Europa, is nog te versnipperd voor deze soort. De territoria van lynxen zijn namelijk nogal groot: grofweg honderd vierkante kilometer voor een mannetje en vijftig vierkante kilometer voor een vrouwtje. Het weghalen van hekken, het aanleggen van ecoducten en het spontaan laten groeien van bos helpt om Nederland geschikt te maken voor de lynx.
Wolven onder de indruk, vossen kansloos
De lynx leeft vooral in bosachtige gebieden. Ze gebruiken bomen als veilige rustplaats, en plek om ongehinderd een prooi op te eten. Ook vluchten ze een boom in om roedels van hun grootste tegenstrever, de wolf, te kunnen ontlopen. In tegenstelling tot de lenige kat kan de hondachtige wolf namelijk niet klimmen. Eén op één is de lynx echter een wolf de baas. Bij een gevecht is de lynx veel sneller in zijn reflexen. Met de krachtige voorpoten omklemt hij de hals van de wolf, om vervolgens met de achterpoten de buik open te halen. Zwangere wolvinnen zijn nóg minder lenig en daarmee een makkelijke prooi. Ook bezoeken lynxen de holen van wolven om de pups dood te bijten. Als gevolg van deze dominantie blijven wolven vaak maar kort in dichte bossen waar zich veel lynxen ophouden. In natuurlijke, halfopen bossen is de scheiding minder strikt. Gezamenlijk hebben lynx en wolf overigens een veel grotere impact op de reeënstand dan afzonderlijk.
De kleinere verwant van de wolf, de vos, loopt nog meer risico en mijdt bossen met lynxen. Een lynx kan wel dertig vossen per jaar doden. Ook andere roofdieren zijn niet veilig voor de lynx. Voedselconcurrentie speelt hier waarschijnlijk een rol. Typische vossenprooien als muizen krijgen in dergelijke bossen meer ruimte omdat hun grootste vijand, de vos, door lynx en wolf (die zelf amper muizen eten) ‘kortgehouden’ wordt. Door deze competitie tussen grote roofdieren onderling houden ook zij elkaar onder de duim: de natuurlijke checks & balances om een dynamisch evenwicht te bewaren. Daarmee dragen lynxen bij aan een completere, beter functionerende natuur.
Lynx in open bos
Lynxen zijn nu vooral te vinden in dichte bossen. Het is verleidelijk om te zeggen dat ze daar thuishoren. Maar wat nou als dat bij gebrek aan beter is?
In het overgrote deel van de bossen in Europa staan bomen dicht op elkaar vanwege de houtproductie. Zulke dichte bossen zijn eigenlijk niet natuurlijk en vaak veel minder rijk aan soorten dan meer open gebieden. Iberische lynxen en ook de wilde katten in Spanje leven juist in opener gebieden. Lynxen kunnen waarschijnlijk niet zonder bomen om wolvenroedels en andere grote predatoren te ontvluchten, maar ook in een meer open natuurgebied kunnen groepjes bomen ontstaan.
Grote grazers (zoals de op de Veluwe al aanwezige herten, zwijnen en runderen) kunnen met hun graasgedrag voor openheid zorgen met een rijke variatie in vegetatiestructuur en daarmee goede hinderlaagmogelijkheden voor de lynx creëren.
Grazers op hun qui vive
Grazers als reeën, damherten en jonge edelherten zijn de favoriete prooi van de lynx. De lynx besluipt ze bij voorkeur vanuit een hinderlaag. Als gevolg daarvan mijden deze grazers onoverzichtelijke plekken, zoals bij omgevallen bomen. Als jonge bomen op zo’n plek kiemen, profiteren ze van de plaatselijk toegenomen lichtval op de bosbodem. Ook vormen de takken van een omgevallen boom soms kooien waarin kiemplanten van bomen hun kwetsbare jaren veilig kunnen doorkomen.
Waar deze grazers eerst onbekommerd op de beste graasgronden konden foerageren, maakt de komst van de lynx het belangrijk om op onverwachte plekken te eten. Delen van het gebied die eerst onaantrekkelijk waren voor grazers worden dan wél bezocht. De tijd die zij besteden om op een bepaalde plek te grazen wordt korter en de grazers checken vaker of er gevaar dreigt. Hierdoor wordt de tijd om te grazen nog verder verkort. Dit alles heeft invloed op de vegetatie. Waar de vegetatie op de meest vruchtbare plekken vóór de komst van de lynx zeer kort werd gegraasd, ontstaan nu rijkere structuren, terwijl in dichtgroeiende delen van het gebied weer openheid ontstaat.
Een wildere Veluwe
ARK wil met het project ‘Rewilding de Veluwe’ dit natuurgebied veerkrachtiger maken door natuurlijke processen meer ruimte te geven. Een natuurlijker gedrag van prooidieren door de aanwezigheid van roofdieren hoort daarbij. Dat doet ARK door het aanmoedigen van natuurlijk(er) beheer met ruim baan voor de natuurlijke processen van dood en leven. Met aandacht voor natuurlijk(er) waterbeheer, het herstellen van ecologische verbindingen en het zoeken naar manieren van landgebruik op de Veluwe die de omgeving niet uitputten maar helpen verrijken.
Tekst: Jeroen Helmer en Lars Soerink, ARK Rewilding Nederland
Beeld: Jeroen Helmer, ARK Rewilding Nederland