Natuurjournaal 14 januari 2023

Het kan er wat somber uitzien, de donkere, winterse silhouetten van bomen op een grauwe dag. Maar het leuke van die kale takken is dat je heel goed de vorm van de boom kunt zien. Let er eens op, en je ziet al snel de verschillen tussen de boomsoorten. Sommige kronen hebben een spitse punt, andere zijn bol en stomp. Populieren zijn lange kwasten, met takken die snel recht omhoog buigen. Andere bomen strekken hun takken ver zijwaarts uit. Eiken herken je aan hun kronkelige takken die alle kanten op gaan. Aan slootkanten steken de jonge, oranje twijgen van wilgen in de lucht. Van dichterbij kun je in de winter bomen herkennen aan de schors, aan de knoppen of aan afgevallen blad. Ga op excursie met IVN of het Limburgs Landschap als je een echte bomendetective wil worden.
 

Elzen zijn makkelijk te herkennen in de winter, omdat de vruchten de hele winter in de boom blijven hangen. Deze elzenproppen zie je als donkere bolletjes al van ver in de bomen hangen. Tegelijkertijd zijn de mannelijke en vrouwelijke bloemen ook al te zien – de katjes – die al in de zomer zijn gegroeid. Het zou goed kunnen dat je nu al bloeiende elzen tegenkomt. Vooral de witte els – een uitheemse maar veel aangeplante boomsoort – staat erom bekend vroeg te bloeien en in dit warme winterjaar staan ze nu al in bloei. Ook de eerste zwarte elzen beginnen te bloeien. Die verschillen van de witte els door de gegroefde schors en kleverige knoppen.  

Tekst: Nienke Lameris, NatureToday.nl
Foto’s: Jean-Pol Grandmont, Wikimedia Commons (leadfoto: zomereik); Peter Meininger, Saxifraga