Doden van 25 bedreigde walvissen door Japan is onhoudbaar
Stichting IFAWPromoten van walvisvlees
De Japanse walvisvloot, die het verouderde fabrieksschip Nisshin Maru en het kleinere visserijvaartuig Yushin Maru No. 3 omvat, moet zondag 14 november weer in haar thuishaven Shimonoseki aankomen. Zij was in juni vertrokken in een poging om 25 Noordse vinvissen te doden. De Noordse vinvis is de op twee na grootste walvis ter wereld.
Volgens lokale media zal de terugkeer van de walvisvloot zondag in Shimonoseki worden gevierd met een evenement om walvisvlees te promoten. Het walvisbedrijf Kyodo Senpaku zal naar verwachting twee dagen later het rauwe vlees van de Noordse vinvissen veilen op een vismarkt in de stad. In een poging om de consumptie van walvisvlees te verhogen, zijn er evenementen zoals barbecues en voedseleducatielessen op basisscholen gepland.
Illegale jacht
Patrick Ramage, Expert Marine Natuurbehoud van het International Fund for Animal Welfare (IFAW), geeft aan: “De walvisjacht op volle zee was een illegaal economisch en wetenschappelijk dieptepunt, waaruit Japan zo verstandig was zich terug te trekken. Het recente doden van bedreigde Noordse vinvissen in zijn binnenlandse wateren stuit wereldwijd op veel onbegrip, aangezien het gewoonweg onverdedigbaar is.”
Sinds 2019 vangt Japan alleen nog dwergvinvissen, gewone vinvissen en Brydeswalvissen binnen zijn exclusieve economische zone (EEZ), waartegen geen juridische bezwaren kunnen worden ingediend. Het land heeft de 'wetenschappelijke' walvisvangst op Antarctica en op volle zee beëindigd, die jarenlang internationaal werd veroordeeld. De walvisvangst op Antarctica had daarbij een vernietigend vonnis van het Internationaal Gerechtshof (ICJ) gekregen. Het ICJ oordeelde namelijk in 2014 dat de walvisjacht van Japan in de Zuidelijke Oceaan niet voldeed aan de criteria voor wetenschappelijke walvisvangst. De jacht was volgens het internationaal recht illegaal en moest hierom worden beëindigd.
Onverantwoord en niet-duurzaam
De Japanse walvisvloot richt zich nu op de westelijke kustpopulatie van de Noordse vinvis. Volgens het Wetenschappelijk Comité van de Internationale Walvisvaartcommissie (IWC) is dit de meest bedreigde populatie van de Noordse vinvis in het noorden van de Stille Oceaan. De populatie telt nog maar ongeveer 400 dieren, na vangsten van meer dan 24.000 Noordse vinvissen in dit gebied gedurende decennia van jacht op industriële schaal.
Daarom vindt IFAW het onverantwoord en niet-duurzaam dat Japan überhaupt op deze walvissen jaagt en roept de Japanse regering op om de walvisjacht voorgoed te beëindigen. Ook vraagt de organisatie om de plannen voor de bouw van een nieuw fabrieksschip ter vervanging van de Nisshin Maru in de ijskast te zetten.
Bescherming en behoud van de zee
IFAW is van mening dat de regering van Japan tot de voorhoede van de internationale inspanningen behoort voor de bescherming en het behoud van de zee. Een stervende industrie in leven houden, meer walvissen doden en een zinkend schip vervangen zijn geen stappen in de goede richting.
De Japanse archipel bestaat uit meer dan 6.850 eilanden, waardoor zijn EEZ tot de grootste ter wereld behoort. Hij strekt zich uit tot bijna 1.600 km uit de kust van Japan, en beslaat meer dan 4,5 miljoen vierkante kilometer. Normaal gesproken strekt de EEZ van een land zich niet verder uit dan 321 kilometer (200 zeemijl) uit de kust, maar Japan beschikt over een veel groter gebied voor zijn commerciële walvisvangst.
Quota voor de jacht
De walvisvangstquota die het Japanse Agentschap voor Visserij (JFA) voor 2021 heeft vastgesteld verschillen niet wezenlijk van de quota voor 2020. Ze omvatten een fabrieksvlootquotum van 25 Noordse vinvissen en 150 Brydeswalvissen (met een reserve van 37) en een kustvangstquotum van 120 dwergvinvissen (met 14 in reserve). Sinds het wereldwijde moratorium op de walvisvangst van 1986 tot 2019 zijn er meer dan 17.600 walvissen door Japan gedood met een speciale vergunning. In recentere jaren waren dat ongeveer 333 dwergvinvissen in Antarctica en tussen 90 en 135 Noordse vinvissen per jaar in het noordelijke deel van de Stille Oceaan.
Tekst: IFAW
Foto's: IFAW; Christin Khan, NOAA