Droomplek in de Achterhoek
Atlas LeefomgevingIk zit op het terras en kijk uit over de tuin. In de vijver plonzen de groene kikkers. Eentje plonst niet, maar is neergestreken op een van de waterleliebladeren. Een roodborstje neemt een bad in de vijver. Hij vliegt op als de merel achter hem iets te dichtbij komt. Achter in de tuin klimt net een eekhoorntje in de boom, op weg naar zijn voederhuisje vol met walnoten. Hij duikt het ‘huisje’ in – alleen zijn staart is nog te zien. Dan roetsjt Knabbel of Babbel weer naar beneden en verorbert zijn nootje op het boomstammetje dat in de tuin staat. Het lijkt wel of hij ‘aan tafel’ zit.
Zomaar een dag in m’n zomerhuisje in de Achterhoek. Het huisje ligt in een bungalowpark in het bos, in de buurt van Doetinchem en Ruurlo. Onze tuin is bijna duizend vierkante meter.
Ingedut groen-gen
Ik woon in hartje Utrecht, en heb altijd alleen maar in een stad gewoond. Nooit een tuin gehad in die huizen. Nooit gemist ook. Dat was misschien ook wel omdat ik vaak in een tuin kwam. En wat voor één! Mijn opa was hovenier en had zelf ook een enorme tuin. Vol met bloemen in de siertuin, waar hij regelmatig prijzen voor won. Mijn opa was een lange man, die met een mooie rechte rug over zijn bloemen boog. Ik herinner me de aarde bij de moestuin, waarin altijd de afdruk van de hark te zien was.
Als kind heb ik helaas nooit opgelet als mijn moeder – zijn dochter - alle Nederlandse én Latijnse namen van de bloemen oplepelde. Of vertelde waaraan je bepaalde bomen kon herkennen.
Dus toen ik dit huisje eenmaal had - het was eerst van m’n schoonvader - ging ik zeker meteen los in die tuin? Nou, dat duurde nog even. Lange tijd liet ik dat aan anderen over. Dat groene gen was aanvankelijk bedolven onder het grijze, stadse gruis. Maar de laatste tijd doe ik steeds meer in de tuin. Omdat ik het leuk ben gaan vinden, en ja, de aanwezigheid van bepaalde dieren hielp ook mee.
Eekhoorns met zelfbediening
Onze tuin is een bostuin met veel bomen en struiken, dus dieren komen daar al snel op af. Rommelige hoekjes voor vogels en andere dieren ontstaan vanzelf en proberen we ook in stand te houden.
Hortensia’s, ooievaarsbek, hosta, vingerhoedskruid… Deze planten doen het goed op de zandgrond van de Achterhoek, en dus ook in onze tuin. De dagpauwoog strijkt neer op de spirea, hommels en bijen zoemen eromheen.
De eekhoorntjes begraven nootjes in de tuin. Je ziet ze soms op een later moment overal graven en zoeken: waar heb ik die dingen nou gelaten? In de tijd dat mijn schoonvader het zomerhuisje had, waren de eekhoorntjes zo vertrouwd met hem dat ze binnen in de kast zelf de walnootjes kwamen halen! Bij ons is de zelfbediening beperkt tot het voederhuisje in de tuin.
“Ach, die oortjes…”
Het gras maaien we ook minder, waardoor er meer dieren op de tuin af komen. Alleen… de muizen flitsen de hele dag heen en weer. Het zijn er echt veel. Op z’n zachtst gezegd ben ik daar geen fan van. Een vriend die zo’n muisje ziet, zegt vertederd: “Ach, zo’n leuk woelmuisje, met die oortjes…”
Die vertedering deel ik niet. Maar eerlijk is eerlijk, de muizen wonen in de tuin en ik niet. We vragen de buurman of hij ook zoveel muizen heeft. Nee, hij ziet ze nooit. Hoe komt dat dan? “Opruimen,” is zijn nuchtere Achterhoekse antwoord.
Een dilemma dient zich aan. We willen die fijne duurzame tuin niet om zeep helpen. Maar het gras staat wel érg hoog. En achter in de tuin dringt de vergelijking met een jungle zich steeds sterker op. Dus toch maar het gras maaien en de jungle uitdunnen. De tuin kan wel wat hebben aan opruiming. En de muizen? Die zijn er nog steeds, maar wel een stuk minder.
Check je plek: Utrecht versus de Achterhoek
De Achterhoek heeft mijn hart veroverd. Een weids landschap met de rechte lijnen van het voormalige veen, een bos, weilanden met boerderijen, het bekende coulissenlandschap. Je kunt er eindeloos wandelen en fietsen, rustige wegen en zandwegen gáán maar door.
Geen eerlijke strijd natuurlijk, om de stadse omgeving met deze streek te vergelijken… Toch kan ik het niet laten om even op de Check je plek-tool van de Atlas Leefomgeving te gluren.
Een schok dat er zoveel lawaai is rond mijn plek in Utrecht. Dat hoor ik ook wel, overdag is hier veel herrie. Maar ’s avonds is het rustig. Voor de schone lucht hoef ik niet naar de Achterhoek te gaan, alhoewel het wel een stuk schoner is dan in Utrecht. En ik kijk regelmatig naar die prachtige sterrenhemel in de Achterhoek. Ik blijf in Utrecht wonen en van het zomerhuisje genieten. Maar áls ik ooit naar het platteland ga verhuizen, dan wordt het de Achterhoek!
Meer informatie
- Meer weten over de Achterhoek? Lees het verhaal van mijn Atlas-collega Laura over haar opa, hobby-jachtopzichter en boswachter: In het vizier van de jager: een halve eeuw Achterhoekse natuur
- Zelfs in de stad kun je je eigen natuurplekje maken? Hoe dan? Dat lees je in Tegelwippen: maak jouw stukje natuur in de stad
- Bekijk hoe jouw eigen leef- of vakantieomgeving scoort op Check je plek
Tekst: Mirjam Kroeze, Atlas Leefomgeving
Afbeeldingen: fotoarchief Mirjam Kroeze; Check je plek, Atlas Leefomgeving