Groene Lijst voor soortherstel en effectievere bescherming
De VlinderstichtingRode Lijsten geven veel inzicht en spelen sinds hun introductie in 1964 een belangrijke rol bij de prioritering van de bescherming van soorten. De Rode Lijst is echter maar een deel van het verhaal. In hoeverre dieren afhankelijk zijn, of geprofiteerd hebben van bescherming is niet uit de Rode Lijst af te lezen. Dat kan verwarrend zijn, zo is de das op de recente Rode Lijst als 'thans niet bedreigd' geclassificeerd. Hieruit zou je af kunnen leiden dat bescherming niet nodig is. Dat klopt niet, de das doet het zo goed in Nederland juist doordat hij beschermd is en doordat er dassentunnels aangelegd zijn. We zien dat deze soort 'thans niet bedreigd' is doordat de bescherming werkt. Andersom zijn er soorten ernstig bedreigd waarvoor geldt dat ze er zonder actieve bescherming waarschijnlijk niet meer geweest zouden zijn. Daarnaast kan een plant- of diersoort niet bedreigd zijn, maar wel uit een groot deel van zijn verspreidingsgebied verdwenen zijn. Deze soort speelt dan vrijwel geen rol meer in de ecosystemen waar hij thuishoort en is functioneel verdwenen. De Rode Lijst geeft dit niet weer, maar een verder herstel is dan wel gewenst.
IUCN heeft een methode ontwikkeld om zowel de huidige status als de rol van bescherming in het verleden en de potentie in de toekomst in kaart te brengen. Deze methode is door verschillende organisaties van soortexperts, waaronder De Vlinderstichting, getest en deze resultaten zijn net in een artikel gepubliceerd. Deze nieuwe methode zet de Rode Lijst in een beter perspectief. Ten eerste wordt ingeschat in hoeverre het voorkomen van een soort afgenomen is in vergelijking met de natuurlijke situatie (de tweede balk) en vervolgens zijn verschillende aspecten van bescherming gekwantificeerd.
De grijze walvis is niet bedreigd, maar er zijn er veel minder dan voor de walvisvaart; uit de Atlantische oceaan zijn ze zelfs volledig verdwenen. Daarom is de status 'least concern' (thans niet bedreigd) maar wel 'largely depleted' (sterk afgenomen). De huidige status is voor een aanzienlijk deel te danken aan bescherming (Conservation Legacy) en de soort is ook nu nog in zekere mate afhankelijk van bescherming (Conservation Dependence). Er is op korte termijn weinig verbetering te verwachten, onder andere door de lange generatietijd (Conservation Gain). De potentie op de lange termijn is ook beperkt (Conservation Potential) doordat deelpopulaties, zoals die in de Atlantische oceaan, verdwenen zijn. Met alleen de Rode lijst lijkt er niks aan de hand te zijn, maar met deze extra informatie is het minder rooskleurig. Deze soort is nu veel zeldzamer en zal zich maar traag en niet volledig kunnen herstellen.
De rivierrombout is een positiever verhaal, deze was uit een groot deel van zijn verspreidingsgebied verdwenen en erg zeldzaam geworden, maar is door betere regelgeving en de verbetering van de waterkwaliteit weer zo goed als volledig hersteld. Dat hij nu weer veel algemener is, is maar beperkt aan gerichte bescherming te danken maar veel meer aan regelgeving die bedoeld is om onze natuur en het milieu te beschermen. Als deze regelgeving afgezwakt wordt, zou deze soort weer kunnen verdwijnen waardoor er is dus zeker een afhankelijkheid van bescherming is. Potentie voor verder herstel is er niet echt, hij is vrijwel overal terug waar hij vroeger voorkwam.
De Californische condor is een voorbeeld van het andere uiterste. Hij is ernstig bedreigd en er zijn er nog maar heel weinig over. Dat de soort er nog is, is volledig aan beschermingsactiviteiten te danken en daar is hij ook nu nog van afhankelijk. Op korte termijn zal de Californische condor zich niet herstellen, maar op lange termijn is herstel wel mogelijk. Een soort waarvoor in Nederland een vergelijkbare situatie geldt is de Europese hamster, al zal die veel sneller kunnen herstellen als er voldoende habitat gecreëerd wordt.
Alleen een Rode Lijst status geeft geen inzicht in de rol die bescherming heeft gehad en zal hebben voor een plan- of diersoort. Door alleen naar Rode Lijsten te kijken loop je het risico onterecht in te schatten dat bescherming niet nodig is of geen zin heeft gehad. De aanvullende 'Green status' indicatoren geven dat inzicht wel; hiermee kan een betere routekaart voor bescherming en herstel van soorten gemaakt worden. Daarnaast brengt het ook de successen van bescherming in beeld.
Meer informatie
Tekst: Roy van Grunsven, De Vlinderstichting
Foto’s en illustraties: IUCN/Re:wild, Bart Vastenhouw, Saxifraga, Hans de Vries, Wikimedia Commons; Co Sielhorst