Reddingsoperatie voor zeldzame bosplant ‘knikkend nagelkruid’
BosgroepenDe natuurlijke habitat van knikkend nagelkruid (Geum rivale) staat sterk onder druk, onder andere door verdroging, vermesting en verzuring. Hierdoor zijn de planten teruggedrongen tot kleine populaties die sterk geïsoleerd van elkaar liggen, waardoor natuurlijke uitwisseling van pollen en zaden niet meer mogelijk is. Als gevolg hiervan is de levensvatbaarheid van de populaties hard achteruitgegaan en verjongen de populaties niet of nauwelijks meer.
Bedreigingen
In Nederland heeft knikkend nagelkruid te maken met verschillende bedreigingen; de kwaliteit van de habitat waarin de plant goed gedijt gaat hard achteruit, er zijn genetische problemen en er is sprake van hybridisatie.
Achteruitgang kwaliteit habitat
In Nederland tref je de soort nog aan in lichte loofbossen of langs beschaduwde slootkanten waar de bodem lemig of een beetje venig en vochtig is, zoals bron- of kwelgebieden, of op de overgang van hoger gelegen zandgronden naar laagveen- of kleigebieden. De plant heeft het hele jaar door vochtige en licht gebufferde omstandigheden nodig. De grondwaterstand moet daarvoor altijd dichtbij het maaiveld blijven, ook in de zomer. In het buitenland groeit de soort ook in andere habitattypen, waaronder vochtige graslanden. Maar de aanwezigheid van basenrijk (kalkrijk en daarmee minder zuur) grondwater in de bovenlaag van de bodem is altijd een vereiste voor de plant. Als gevolg van verandering in grondwaterdynamiek en ontwatering is het leefgebied van knikkend nagelkruid in Nederland ernstig verdroogd geraakt. Hierdoor zijn de huidige populaties vaak erg klein en hebben ze te maken met concurrentie van soorten als braam.
Genetische problemen in kleine plantenpopulaties
Naast de achteruitgang in habitatkwaliteit is knikkend nagelkruid ook erg gevoelig voor het verlies van genetische diversiteit. De soort is namelijk afhankelijk van kruisbestuiving voor een succesvolle zaadzetting. In kleine populaties is de kans op bestuiving met stuifmeel van een andere, niet-verwante plant meestal kleiner dan in grote populaties. De kans op inteelt en slechte zaadzetting is hierdoor in kleine populaties een stuk groter dan in grote populaties. Vaak neemt hierdoor de verjonging af; een veelvoorkomend verschijnsel bij kleine plantenpopulaties. Daarnaast kan in kleine populaties, door toeval, genetische informatie verloren gaan (een proces dat 'genetische drift' heet) wat een negatief effect heeft op de genetische variatie. Het is onder andere door deze processen dat kleine plantenpopulaties een hogere kans op uitsterven hebben dan grote populaties.
Hybridisatie met geel nagelkruid
Helaas is dit nog niet het hele verhaal. Knikkend nagelkruid kan namelijk ook hybridiseren (het kruisen van verschillende soorten) met onder andere geel nagelkruid (Geum urbanum). Deze plant is nauw verwant aan knikkend nagelkruid. Geel nagelkruid is een zeer algemene plantensoort die een voorkeur heeft voor drogere en meer beschaduwde plaatsen. Door de verdroging van natuurgebieden gaan de groeiplaatsen van beide soorten nagelkruid overlappen. Dit kan leiden tot hybridisatie tussen beide soorten. In de Nederlandse populaties zijn sterke aanwijzingen voor hybridisatie, maar de mate waarin dit plaatsvindt is vrijwel onbekend. Bij verdergaande verdroging zal de kans op hybridisatie met geel nagelkruid sterk toenemen, met als risico dat knikkend nagelkruid steeds zeldzamer wordt en de knikkend x geel-hybrides steeds algemener worden.
Tijd voor actie: onderzoek naar standplaatscondities
Om de juiste herstelmaatregelen te kunnen nemen en het juiste beheer te kunnen voeren, is het noodzakelijk om de optimale standplaatsfactoren van de soort en de oorzaken van achteruitgang in Nederland te weten. Om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van de voor knikkend nagelkruid belangrijke standplaatscondities, is in de zomer van 2017 en 2018 een onderzoek uitgevoerd. Hiervoor zijn belangrijke bodemcondities (nutriënten- en basenbeschikbaarheid), de vegetatiesamenstelling en vitaliteit bepaald van de vier belangrijkste en van oorsprong natuurlijke Nederlandse populaties (Ulvenhoutse Bos, Wijboschbroek, Beekbergerwoud en Landgoed Middachten), en van vijftien buitenlandse referentiepopulaties. Ook is er bladmateriaal verzameld voor genetische analyses, en zaad voor onderzoek naar kiemkracht en voor het opkweken van populaties.
Herstelmaatregelen habitat en kruisingsprogramma
Op basis van standplaatscondities in combinatie met de vitaliteitsbepalingen is bepaald bij welke populaties aanvullende herstelmaatregelen gewenst zijn om de habitat te verbeteren. De genetische analyses geven aan welke populaties genetisch verarmd zijn, waar hybridisatie vaak voorkomt, en welke populaties in aanmerking komen voor een kruisingsprogramma om de soort genetisch te versterken. In een apart kweekprogramma zijn vervolgens kruisingen uitgevoerd tussen de meest vitale en niet-gehybridiseerde planten. De planten verkregen uit de kruisingen, kunnen worden ingezet voor genetische versterkingen en herintroductie met genetisch gevarieerde, gebiedseigen nakomelingen.
Aankomende winter start onderzoek in de provincies Gelderland en Noord-Brabant naar kansrijke locaties voor herintroductie. De populatieversterkende maatregelen (met gebiedseigen materiaal) zullen in het voorjaar van 2020 van start gaan. De wens is om knikkend nagelkruid terug te brengen in het bosbeeld, daar waar deze mooie plant eerder veelvuldig voorkwam. Naast kennisvergroting over de habitat van en de bedreigingen voor knikkend nagelkruid, resulteren deze maatregelen hopelijk in levensvatbare en duurzame populaties knikkend nagelkruid. Hiermee doen we noodzakelijke kennis op over de aanpak van zeer zeldzame en met uitsterven bedreigde soorten, waarmee we verdere achteruitgang en uitsterven van deze soorten kunnen voorkomen.
Tekst: Jaap Bouwman, Bosgroepen en Philippine Vergeer, Wageningen University & Research
Foto's: Jaap Bouwman, Bosgroepen (leadfoto: knikkend nagelkruid); Philippine Vergeer, Wageningen University & Research
Dit project is mede mogelijk gemaakt door de provincie Noord-Brabant en de provincie Gelderland.