Hilarische Tuinvogeltelling-perikelen
Vogelbescherming NederlandDit weekend is het weer zover: de Nationale Tuinvogeltelling van Vogelbescherming! Ieder jaar stromen de telefoontjes bij Vogelbescherming binnen tijdens de Tuinvogeltelling. Is dit nou een roerdomp in mijn tuin? (Eens was het antwoord: ja! De gekste dingen gebeuren.) Kan mijn buurvrouw echt 25 merels in de tuin hebben? (Waarschijnlijk zijn het spreeuwen, maar dat filtert het computersysteem eruit.) En bovenal: de trots van mijn tuin, hij woont hier écht, maar hij liet zich niet zien in mijn teltijd! Mag ik die grote bonte specht/sijs/kuifmees toch doorgeven? (Nee, maar u kunt wel wat anders proberen, namelijk…)
1 De beste truc
Herkent u dit laatste probleem? Uw ‘gouden’ tuinvogel, die ene waar u iedere keer weer blij van wordt en die u zo graag wilt doorgeven. Maar jaar na jaar is het alsof de duivel ermee speelt: als u zit te tellen komt hij of zij niet. Wat te doen?
De beste truc: begin pas met tellen als uw bijzondere vogel zich laat zien. Op dát moment laat u gewoon uw half uurtje ingaan. U heeft tenslotte drie dagen de tijd, van vrijdag 29 tot en met zondag 31 januari. Als hij er op zondagmiddag nog niet is, wordt het natuurlijk penibeler. Tel dan wat er wél is en bedenk: hij is waarschijnlijk wel geteld, alleen niet door u, maar door één van de buren. Zucht.
2. Nul, rotvogels
Ook komt het voor dat alle vogels van de aardbodem verdwenen lijken, als u net met de kinderen voor het raam zit met verrekijkers in de aanslag. Grrr, rotvogels, hoe moeten die kinderen nu ooit liefde voor natuur ontwikkelen? Niet getreurd: geef ze een mooie kleurplaat van de Tuinvogeltelling (pdf; 3,5 MB) en stuur met waardigheid uw nultelling in. Die is namelijk ook nuttig! Minder leuk voor de teller misschien, maar wel even belangrijk voor Vogelbescherming om te weten.
3. Shit, hij zit in de boom van de buren
Ook altijd een lastig gevalletje: u ziet uw lievelingsvogel (of een andere) wel vanuit uw tuin, maar hij zit in de boom van uw buren, of op de schutting. Houtduiven hebben die hinderlijke gewoonte. De buurboom is klip en klaar: nee, dat telt niet mee. Ook overvliegende vogels of vogels in het weiland achter uw huis tellen immers officieel niet mee, alleen de vogels ín uw tuin. De schutting is een twijfelgeval: u moet hem niet tegelijkertijd met de buurman tellen, maar als u op verschillende momenten telt, is het geen probleem.
Vogels vliegen immers altijd rond en worden op andere tijden ook door andere mensen geteld. Omdat dat er jaar na jaar hetzelfde aan toe gaat, zijn de jaargegevens en grote trends vergelijkbaar.
4. Opgegeten, serieus?
Een situatie die redelijk zeldzaam moet zijn, maar desondanks tot onze grote verbazing ook jaarlijks voorkomt: een vogel sterft voor uw ogen. Bijvoorbeeld omdat hij net wordt gegrepen door een sperwer. Telt die mee of niet? In zo’n geval gaan we pragmatisch te werk. Hij was er toch? Dan telt ie mee, want om hem nou te negeren terwijl hij nog in leven was…
5. Nooit eerder gezien
Een boeiend tel-obstakel: er zit tijdens de telling een vogel in de tuin of op het balkon die u nog nooit hebt gezien en met de beste wil niet kunt determineren. Dat is waar we op hopen natuurlijk, iets bijzonders, een vondst! Maar hoe komt u erachter wat het is? Ten eerste: maak een foto, daarmee kunt u verder. Daarna heeft u een paar opties: kijk in onze digitale vogelgids of stuur hem aan ons met de vraag wat het is.
Of: gebruik de nieuwe web-app die we dit jaar hebben gemaakt voor de Tuinvogeltelling. Die heeft namelijk een herkenningstool én u kunt uw tuinvogels nog makkelijker doorgeven dan u gewend was: mijntuinvogeltelling.nl. Misschien ontdekt u deze telling wel uw nieuwe ‘gouden’ vogel!
Tekst: Jeanet van Zoelen, Vogelbescherming Nederland
Foto's: Shutterstock; Harvey van Diek; Martin Hierck; Vogelbescherming Nederland