Natuurjournaal 25 juli 2020

Sommige plantensoorten zijn wel heel goed aangepast aan het leven in een stedelijke omgeving. Het is op het eerste gezicht niet zo’n opvallend plantje, maar wanneer je erop let, zal je zien dat het kruipertje op heel veel plaatsen op straat te vinden is. Deze grassoort is een echt stadsgras dat tussen tegels en langs gebouwen groeit; ook op plaatsen waar regelmatig honden worden uitgelaten, doet het kruipertje het goed. Zijn naam dankt dit gras niet aan het feit dat hij overal tussendoor kruipt, maar aan de aartjes die heel makkelijk aan dierenharen blijven hangen. Het kruipertje bloeit, dus zoek er vanaf vandaag eens naar, je kunt hem vast ook in jouw straat vinden!

De eidervrouwtjes hebben al een tijdje opgepast op hun eigen jongen en dat van anderen, maar nu zijn alle jongen echt zelfstandig geworden. Eiders broeden met name in gebieden hoger dan Nederland, maar in ons land kan je met een beetje geluk op de Wadden de net volwassen eiders spotten. Het zijn grote eenden die, ondanks hun gewicht, in vlucht snelheden tot wel 113 kilometer per uur kunnen bereiken. Naast hun formaat vallen ze op door hun kop en snavel, die samen een driehoekige vorm hebben. Het woord ‘eider’ heeft overigens niks met eieren te maken, maar is afgeleid van het IJslandse woord voor ‘donsvogel’.

Tekst: Marjolein Mooij, Nature Today Go
Foto's: Jan van der Straaten, Saxifraga; Piet Munsterman, Saxifraga