Zomaar bedreigde vlinders kweken en loslaten is dierenmishandeling
De VlinderstichtingHoe goed bedoeld ook, met het massaal kweken en loslaten van de bedreigde soorten zal de sterke achteruitgang niet stoppen. Deze vlinders gaan achteruit omdat het leefgebied waarin ze leven niet meer geschikt is om zich voort te planten. Dit kan allerlei oorzaken hebben, zoals verdroging, een overmaat aan stikstof, bestrijdingsmiddelen, klimaatverandering of versnippering van leefgebied. Het is belangrijk om de oorzaken van de achteruitgang te vinden en te zorgen dat daar wat aan gebeurt. Als we weer plekken hebben waar vlinders zich goed kunnen voortplanten zal hun aantal weer toenemen. Het loslaten van vlinders op plekken die geen geschikt leefgebied zijn, heeft geen enkele zin. Ze hebben geen enkele kans zich succesvol voort te planten en je zou dit zelfs ‘dierenmishandeling’ kunnen noemen. Dat is natuurlijk geenszins de bedoeling van de vlinderliefhebbers. Ze hebben echt het idee dat ze met hun activiteiten de vlinders helpen. Dat het geen nut heeft staat hierboven al beschreven, maar recent onderzoek uit de Verenigde Staten geeft aanwijzingen dat het zelfs negatief kan zijn voor populaties bedreigde soorten. In Amerika is de monarchvlinder een echte icoonsoort en veel mensen zijn erg begaan met het lot van deze grote en sterke vlinder. Hij is vrij gemakkelijk te kweken en dat gebeurt ook op grote schaal. Zo worden er vele duizenden monarchvlinders, na het uitkweken, losgelaten in de vrije natuur.
Maar onderzoek, dat op 8 april in Biology Letters is gepubliceerd, toont aan dat in gevangenschap geboren monarchvlinders zwakker zijn dan wilde. Vlinders zien er delicaat en kwetsbaar uit, maar monarchvlinders zijn sterke vliegers, die jaarlijks duizenden kilometers vliegen van oostelijk Noord-Amerika naar hun winterverblijf in de Sierra Madre-bergen in Mexico. Eerder onderzoek heeft al aangetoond dat monarchen die in gevangenschap zijn grootgebracht, minder snel Mexico zullen bereiken. Om erachter te komen waarom dit zo is, hebben onderzoekers van de Universiteit van Georgia gekweekte en wilde monarchvlinders vergeleken. De wetenschappers maten de vleugels, omdat bekend is dat grotere, meer langwerpige vleugels helpen bij de migratie en testten de kracht van de vlinders. Gemiddeld waren in gevangenschap geboren vlinders minder dan de helft zo sterk als wilde. Hoewel hun vleugelgrootte niet significant verschilde, hadden de in gevangenschap geboren monarchen minder langgerekte vleugels. Projectleider Dr. Davis denkt dat de meest waarschijnlijke verklaring is dat de kweeksituatie te veilig is. In een natuurlijke situatie overleeft slechts ongeveer vijf procent. Dat is vóór de migratie, die zelf ook een enorme tol eist. “Alleen de sterkste, fitste vlinders halen ooit Mexico”, zei hij. Maar in gevangenschap overleven bijna alle rupsen. "Je omzeilt in feite natuurlijke selectie." Doordat deze ‘zwakke’ vlinders meedoen aan de voortplanting kan dit voor de soort uiteindelijk ook negatieve effecten hebben. Daarom kiest De Vlinderstichting niet voor kweken, maar voor het behouden en herstellen van de leefgebieden van bedreigde vlinders.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting