Wespendief: niet elke buizerd is een buizerd
Vogelbescherming NederlandDe trektijd is de tijd dat wespendieven het best zijn waar te nemen. Veelal in groepjes zweven de vogels op thermiek naar het zuiden. Let de komende tijd goed op, want niet elke overvliegende buizerd is een buizerd. Het kan zomaar de sterk op buizerds lijkende wespendief zijn. In Nederland komen in augustus en september de meeste over. Dat zijn vooral vogels uit Scandinavië en wellicht ook uit Rusland en de Baltische staten. Kun je er bij ons op een gunstige dag een tiental zien, op andere plekken kan het om duizenden op een dag gaan. Vooral waar zogeheten gestuwde trek plaatsvindt. Dat zijn onder andere plekken waar de oversteek over zee het kortst is. Bijvoorbeeld Falsterbo tussen Zweden en Denemarken, bij Gibraltar en bij Batumi in Georgië waar de vogels de hoge Kaukasus mijdend tegen de Zwarte Zee aanbotsen. Nog even en dan komt op die plekken de trek van wespendieven op gang en blijkt met welke enorme aantallen de vogel in de noordelijke en oostelijke bossen voorkomt. Naar schatting 130.000 paar in Europa. Maar dit zou een onderschatting kunnen zijn.
Vlinderende vlucht
Het aantal broedparen in Nederland is bescheiden. Tussen de 360 en 440. Het aantal wespendieven nam vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw tot aan de eeuwwisseling toe en lijkt sindsdien stabiel. Wespendieven verblijven maar kort in de noordelijke broedgebieden. Begin mei komen ze aan om in augustus al weer te vertrekken. De meeste wespendieven leggen midden mei twee eieren die in gemiddeld 34 dagen worden uitgebroed. Daarna duurt het nog 40 tot 48 dagen voordat het jong het nest verlaat, dus ergens in augustus. Al die tijd leidt de vogel een verborgen bestaan, verstopt in het bos. Behalve wanneer die zijn vlinderende baltsvlucht boven het bos uitvoert. Hij strekt zijn vleugels boven zijn lichaam en klappert er een paar keer mee, schudt zijn lijf en zeilt weer weg. Dat is buiten de trektijd een van de weinige momenten waarop de vogel zich toont.
Wespen
Zijn naam heeft de wespendief te danken aan zijn dieet. Larven en poppen van wespen en in beperkte mate ook hommels vormen het hoofdvoedsel. Die wespen worden tot wel veertig centimeter diep uit de grond opgegraven. Van steken heeft de vogel weinig last door het dichte verenkleed en de hoornachtige plaatjes op de poten. Tussen de wespenlarven en -poppen wordt een kikker, vogeltje of hagedis niet versmaad.
Gevaarlijke tocht
Ziet u nu een of meer wespendieven overvliegen? Bedenk dan dat ie een verre gevaarlijke tocht voor de boeg heeft. Er worden er nog heel wat onderweg afgeschoten en door ontbossing krimpt het Afrikaanse leefgebied.
Tekst: Vogelbescherming Nederland
Foto's: Leo Linnartz, ARK Natuurontwikkeling; Martin Mollet, Saxifraga