Vlindernamen aangepast
De VlinderstichtingVoor de Nederlandse namen is er geen wetenschappelijke standaardmethode. Deze zijn ‘vanzelf’ ontstaan of zijn, door mensen met verstand van zaken, voorgesteld. Onze huidige Nederlandse namen zijn in 1999 vastgesteld, toen er een nieuwe veldgids verscheen van alle Europese soorten. Daarbij waren er nog heel wat die geen Nederlandse naam hadden en een commissie heeft daar toen, na rijp beraad, de namen voor vastgesteld. Deze namen hebben geen juridische status, maar gelukkig worden ze wel algemeen geaccepteerd en gebruikt. De nieuwe namenlijst die in december is verschenen, heeft dan ook geen gevolgen voor deze Nederlandse namen, deze blijven gelukkig hetzelfde. Van de meer dan honderd soorten dagvlinders die in ons land zijn gezien zijn er maar zes waarvan de wetenschappelijke naam wordt aangepast. Dat kan diverse redenen hebben. Nieuwe inzichten betekenen soms dat soorten in een ander geslacht worden ondergebracht en soms worden ook oudere namen ontdekt die dan moeten worden gebruikt.
Zo is het veenbesblauwtje veranderd van Plebejus optilete naar Agriades optilete, heet het bleek blauwtje weer Lysandra coridon en de oranje luzernevlinder vanaf nu Colias crocea. Ook de bosrandparelmoervlinder en de duinparelmoervlinder hebben een ‘oude’ naam weer teruggekregen, namelijk resp. Fabriciana adippe en Fabriciana niobe. De grote parelmoervlinder tenslotte heet vanaf nu Speyeria aglaja. Meer informatie vindt u in deze publicatie met alle achtergronden en de namenlijst van alle Europese dagvlinders.
Tekst: Kars Veling, De Vlinderstichting
Foto's: Marijke Verhagen, Saxifraga (leadfoto: bleek blauwtje heette Polyommatus coridon, heet nu weer Lysandra coridon); Kars Veling, De Vlinderstichting