Dennenprocessierups komt steeds dichter bij Nederland: hoe herken je de levensstadia?
Kenniscentrum EikenprocessierupsDe dennenprocessierups (Thaumetopoea pityocampa) behoort tot de familie van de tandvlinders (Notodontidae) en de onderfamilie processievinders (Thaumetopoeidae). De rups kent dezelfde levenswijze als de eikenprocessierups, maar heeft een andere waardplant. Het zijn eveneens sociale rupsen die in een groep leven.
In tegenstelling tot de eikenprocessierupsen, maken de dennenprocessierupsen al direct nadat ze uit het ei komen een nest. Net als de eikenprocessierups heeft een eipakketje van de dennenprocessierups ongeveer 100 tot 300 eitjes die bedekt zijn met schubben. De dennenprocessierupsen doorlopen vijf larvenstadia. Net als de eikenprocessierupsen ontwikkelen de eerste brandharen zich pas in het derde larvenstadium. Hieronder een film en foto’s van de verschillende stadia. De eitjes komen ongeveer 35 tot 45 dagen na afzet uit.
Verschillende levensstadia van de dennenprocessierups (Bron: Silvia Hellingman)
Nadat ze uit het ei komen, verplaatsen de jonge rupsen zich naar een andere plek dichtbij de eipakketjes en beginnen een nestje. In het begin zijn de rupsen lichtgroen van kleur.
Schema ontwikkeling dennenprocessierups
De ontwikkeling is duidelijk afhankelijk van de omgevingstemperaturen. Net als eikenprocessierupsen zijn dennenprocessierupsen in staat om zich te ontwikkelen bij zowel hogere als lagere temperaturen. Voor Nederland hanteren we de cyclus van de dennenprocessierupsen in Lyon. In warmere landen zoals in het oosten van Spanje kunnen ze al vanaf eind januari aan de wandel gaan om zich in te graven in de grond en zich vervolgens te verpoppen. Hieronder een schema van de levenscyclus van de dennenprocessierups. Ook de dennenprocessierupsen kunnen lang in verlengde diapauze gaan: drie tot zeven jaar.
Natuurlijke vijanden
Net als de eikenprocessierups kent de dennenprocessierups veel natuurlijke vijanden, zoals sluipwespen, sluipvliegen, zweefvlieglarven, bidsprinkhanen, kevers en vogels.
Waardplanten van de dennenprocessierups
Dennenprocessierupsen hebben de voorkeur voor den, ceder, lariks en douglas. Door nationale soort- en klimaatverschillen kunnen meer of minder waardplanten geschikt blijken te zijn. Het gaat om de volgende soorten: Libanese ceder (Cedrus libani), Europese lork (Larix decidua), Canarische den (Pinus canariensis), draaiden (Pinus contorta), Aleppoden (Pinus halepensis), bergden (Pinus mugo), zwarte den (Pinus nigra), zeeden (Pinus pinaster), parasolden (Pinus pinea), ponderosaden (Pinus ponderosa), montereyden (Pinus radiata), grove den (Pinus sylvestris), douglasspar (Pseudotsuga menziesii) en ook tweestijlige meidoorn (Crataegus laevigata).
Verspreiding van de dennenprocessierups in Europa
De dennenprocessierups is tot nu toe waargenomen in Oostenrijk, Kroatië, Frankrijk, Italië, Portugal, Macedonië, Montenegro, Slovenië, Zwitserland, Spanje, Albanië, Cyprus en Griekenland.
Risico van introductie dennenprocessierups via import van naaldplanten
Naast de hoge migratiegraad van de dennenprocessievlinders bestaat ook het risico dat met het importeren van naaldplanten eipakketjes van de dennenprocessierups meekomen met het plantmateriaal. Zeker door import van plantmateriaal in de zomerperiode ontstaat het risico op meeliften van eipakketten. De eipakketjes zijn dusdanig klein dat fytosanitaire plantinspecties tekort schieten.
Geef waarnemingen door
Heeft u dennenprocessierupsen waargenomen? Graag foto’s en locaties doorgeven via Waarneming.nl.
Meer informatie
Tekst: Kenniscentrum Eikenprocessierups: Silvia Hellingman, Hellingman Onderzoek en Advies; Arnold van Vliet en Wichertje Bron, De Natuurkalender, Wageningen University; Henry Kuppen, Terra Nostra; Henk Jans, Jans Consultancy Gezondheid en Milieu; Jan Buijs, GGD Amsterdam
Foto’s en film: Silvia Hellingman (leadfoto: Cedrus libani met dennenprocessierups), Antoine Devouard en INRA URZF Orléans