Zilveren maan terug op de Veluwe
Provincie GelderlandDe Zilveren maan dankt zijn naam aan de parelmoerachtig glanzende vlekken op de onderkant van de achtervleugels. Hij leeft in schrale graslanden en moerassen waar zijn voedselplanten, onder andere moerasviooltjes, groeien. De vlinder was vroeger een algemene soort in Nederland maar is – met de ontginning en ontwatering van zijn biotoop - zeldzaam geworden. Alleen in Noordwest-Overijssel en op Terschelling zijn nog grote, vitale populaties aanwezig.
Het Wisselse Veen ligt op de oostflank van de Veluwe bij Epe en wordt gevoed door kwelwater vanuit de Veluwe, dat door beekjes uit het gebied wegstroomt. In de periode 1900-1950 werd het oorspronkelijke hoogveengebied vrijwel geheel ontgonnen. 25 jaar geleden begon Geldersch Landschap & Kasteelen met het herstel van het Wisselse Veen door natuurontwikkeling. Maisakkers en intensief gebruikte graslanden werden omgevormd naar natuurterrein door de sloten te dempen en de fosfaatrijke bovengrond af te graven. In 2013 werden nog enkele tientallen hectaren afgegraven. Nu heeft zich een gevarieerd terrein ontwikkeld met heide, nat grasland en moeras, waarin spontaan diverse beekjes ontstonden. Ook enkele aangrenzende percelen, op landgoed Tongeren, zijn succesvol omgevormd naar heide, beekmoerassen en beekhellingvenen.
Veel bijzondere planten en dieren kwamen terug, en de aanwezigheid van naar schatting veertig tot zestig exemplaren van de Zilveren maan in 2018 is een (voorlopige) kroon op het werk. In een opname voor het natuurprogramma Buitengewoon van Omroep Gelderland laat Wim Geraedts, ecoloog bij Geldersch Landschap en Kasteelen, de vlinder zien. De komende jaren zullen nog tientallen hectaren landbouwgrond aan de natuur teruggegeven worden door aankoop en natuurontwikkeling. Hopelijk kan op termijn een grote, vitale populatie tot ontwikkeling komen.
Normaal leggen deze vlinders geen grote afstanden af; ze blijven in de omgeving waar ze geboren werden. De afstand naar de populatie in Noordwest-Overijssel is hemelsbreed ruim veertig kilometer. Het is niet duidelijk hoe ze deze afstand hebben overbrugd.
Tekst: Willem Drok, Provincie Gelderland
Foto's: Bosgroep Midden Nederland (leadfoto: schraalland in het Wisselse Veen); Mark Zekhuis, Saxifraga