Ruim drie keer meer eikenprocessievlinders dan vorig jaar
Kenniscentrum EikenprocessierupsEerder dit jaar was al duidelijk dat het aantal eikenprocessierupsen beduidend hoger lag dan voorgaande jaren. Vanaf half juli kropen de eerste eikenprocessievlinders uit de pop. Door het hele land hangen 1837 feromoonvallen om in beeld te krijgen hoe de populatie zich ontwikkelt en waar de hotspots liggen. Uit de vangsten in de feromoonvallen bleek dat de meeste vlinders van medio juli tot medio augustus vlogen. Tijdens de tweede vluchtperiode daarna werden minder vlinders gevangen en in september, tijdens de derde vluchtperiode werden nauwelijks nog eikenprocessievlinders aangetroffen in de vallen. Op dit moment hangen nog verspreid in Nederland feromoonvallen om te kijken of er nog vlinders rondvliegen die later uitgekomen zijn.
In totaal zijn er 134.943 eikenprocessievlinders gevangen. Het gemiddelde aantal vlinders per val is daarmee uitgekomen op ruim 73. Dat aantal is ruim drie keer zo hoog als de 23 vlinders per val in 2017 en ruim twee keer zo hoog als de 35 in 2016. In Figuur 1 is de ontwikkeling in het landelijk gemiddelde aantal vlinders per val vanaf 2012 te zien. Figuur 2 laat de gemiddelde aantallen per jaar per provincie zien. Enkel die provincies zijn opgenomen waar in 2018 meer dan 50 vallen hingen. In elke provincie lag het aantal vlinders per val beduidend hoger dan de voorgaande jaren. Ook in Flevoland, Limburg en Zuid-Holland hingen een aantal feromoonvallen en ook in die provincies zijn veel meer vlinders gevangen dan in 2017.
Eitjes in goede conditie
In september zijn eipakketjes verzameld en onder de microscoop geopend om de conditie van de embryo’s te beoordelen. Uit diverse bemonsteringen blijkt dat de jonge rupsen zich goed ontwikkelen in de eitjes. Op 23 september waren ze al klaar voor de overwintering, hetgeen belangrijk is voor de overleving omdat ze tijdig antivries kunnen vormen.
Beoordeling conditie eitjes eikenprocessierups op 26 september 2018 (Bron: Silvia Hellingman)
Bijzonderheden tijdens vlindermonitoring
Eikenprocessievlinders zijn zoet van smaak. Allerlei insecten die van zoetigheid houden zoals wespen, hoornaars, gaasvliegen, oorwormen en schorpioenvliegen komen op de lijven van de vlinders af. Dit jaar werden extreem veel wespen aangetroffen in de feromoonvallen. Door de droge omstandigheden was er in de natuur weinig suiker te vinden zodat ze hun heil zochten bij de gevangen eikenprocessievlinders. Normaal gesproken komen de wespen pas later in de vallen, meestal in de tweede vluchtperiode rond de derde week van augustus. Dit jaar kwamen de wespen al echter massaal in de eerste vluchtperiode op de gevangen vlinders af, waardoor veel achterlijven van vlinders beschadigd waren of waren weggevreten. Dat bemoeilijkte het tellen van de vlinders.
Ook bijzonder is dat in diverse feromoonvallen in vrijwel elke provincie buxusmotten (Cydalima perspectabilis) zijn aangetroffen.
Consequenties voor 2019
De vlinders die in de zomer hebben gevlogen en gepaard, hebben eitjes in de eikenbomen afgezet. De rupsen zullen in het voorjaar uitkomen, aannemend dat er niets bijzonders gebeurt in de natuur waardoor ze sneuvelen. De afgelopen jaren hebben ze bewezen te kunnen overleven in ongunstige omstandigheden zoals veel neerslag, droogte en vorst.
Ondanks dat er veel vlinders zijn gevangen met de feromoonvallen is het maar een hele kleine fractie van het totaal aantal eikenprocessievlinders dat in Nederland rondvloog. Met het wegvangen van de bijna 135.000 mannetjes zijn, er van uitgaande dat de mannetjes tenminste een vrouwtje hadden kunnen bevruchten, zo’n 40 miljoen eitjes minder afgezet. Een vrouwtje zet ongeveer 250 tot 300 eitjes af.
Het monitoren met feromoonvallen vormt geen bestrijding van de eikenprocessierups, maar levert wel inzicht op in de opbouw van de populatie en er kan een prognose worden afgegeven van de plaagdruk in 2019. Op basis van vangsten en beoordeling van de conditie van de eitjes kunnen we ervan uit gaan dat de populatie in 2019 wederom ongeveer drie keer zo groot is als in 2018. Een gegeven waar rekening mee moet worden gehouden en beheersmaatregelen op afgestemd moeten worden, zeker vanuit het oogpunt van gezondheid en de overlast die het kan opleveren voor de omgeving. Het bevorderen van biodiversiteit en een beroep doen op vogels en predatoren zou daarbij een belangrijk onderdeel van de strategie moeten zijn.
Meer informatie
Tekst: Kenniscentrum Eikenprocessierups: Silvia Hellingman, Hellingman Onderzoek en Advies; Arnold van Vliet en Wichertje Bron, De Natuurkalender, Wageningen University; Henry Kuppen, Terra Nostra; Henk Jans, Jans Consultancy Gezondheid en Milieu; Jan Buijs, GGD Amsterdam
Foto’s: Silvia Hellingman en Henry Kuppen