Wolvenjacht: wat gebeurt er wanneer de jager de bejaagde wordt?
Wolven in Nederland, ZoogdierverenigingEen wolvenroedel moet je eigenlijk zien als een gezinnetje. Je hebt pa en ma (vroeger het alfapaar genoemd), de jonge kinderen van dit jaar en vaak nog een aantal “puber” wolven die in het voorgaande jaar zijn geboren. Binnen dit gezinnetje is het ouderpaar kwalitatief het belangrijkst. De ouders hebben de meeste jachtervaring, de beste terreinkennis en hebben bewezen in staat te zijn om als roedel te kunnen overleven. Deze combinatie van ervaring en kwaliteit garandeert dat de gehele roedel voldoende te eten heeft en huisdieren met rust worden gelaten.
Als één van de ouderdieren door illegale afschot wegvalt, treedt een enorm verlies op aan vaardigheden, ervaring en kracht. Het is dan de vraag of de jongere wolven uit het gezin dit gat kunnen opvullen. Lukt dat niet, dan zal het roedel uit elkaar vallen. Dit begint met een minder succesvolle jacht op wilde prooidieren, waardoor de jonge wolven onvoldoende grote prooien krijgen via de ouders en leden van het gezin zich gaan toeleggen op ‘makkelijkere’ prooien.
De makkelijkere prooien kunnen kleinere prooidieren zijn (muizen, ratten, konijnen, hazen), maar dit heeft als nadeel dat er veel prooien gevangen moeten worden om aan de dagelijkse energie behoefte van circa 3,5 tot 4 kilogram prooi per dag te kunnen voldoen. In deze fase neemt de betekenis van de roedelstructuur af. De voordelen van het samen op groter wild jagen vallen deels weg, en er ontstaat een ieder-voor-zich-strategie. In dit scenario zal er weinig overlast zijn en hebben vooral de wolven het moeilijk. Een ander scenario kan zijn dat leden van het roedel zich uit nood gaan toeleggen op andere prooien dan snelle, zichzelf verdedigende wilde prooien. Een voor de hand liggende keuze is het gaan jagen op landbouwhuisdieren zoals schapen en geiten. Landbouwhuisdieren zijn gemakkelijk te vinden door hun voorspelbare voorkomen (hoge aantallen in vaste weides), ze worden belemmerd in hun vluchtwegen door hekken, en ze zijn niet ervaren genoeg om zichzelf adequaat te verdedigen tegen wolven. Een gemakkelijke prooi die voorziet in behoefte, maar het bejagen van landbouwhuisdieren levert wel problemen met de eigenaar van het vee op. Dat kan vervolgens weer leiden tot de roep om afschot, waarmee de vicieuze cirkel rond is.
De oproep van van CDA-Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik om de beschermingsstatus van wolven op te heffen en wolven weer actief te gaan beheren om conflicten met wolven op te lossen, is dan ook de verkeerde strategie. Het zal niet leiden tot minder, maar juist tot meer conflicten. Begin oktober is de ouderreu (mannetje) van het wolvenroedel bij Cuxhaven (in het noorden van Duitsland) illegaal geschoten, met als gevolg dat daarna relatief veel schapen zijn gepakt door wolven en er nu stemmen opgaan om het hele roedel af te schieten. De gebeurtenissen in Cuxhaven leren ons nogmaals dat wat sommigen zien als de oplossing, het (illegaal) schieten van een wolf, juist kan leiden tot meer en grotere problemen. De roedel zal uit elkaar vallen, waarna de overgebleven dieren zich kunnen ontwikkelen tot ‘probleemwolven’. Dit ontstaat aanvankelijk uit de ontstane onmacht / onkunde om zichzelf efficiënt te voeden met wild. Wanneer de weg richting landbouwhuisdieren eenmaal bewandeld is, dan is dat moeilijk af te leren om de eenvoudige reden dat het relatief gemakkelijk is. Vandaar dat voornoemde 'oplossing' aan de wortel staat van het verergeren van het probleem. Als een roedel voldoende tijd is gegund, zal hij na enige tijd, met het verkrijgen van meer ervaring en terreinkennis, weer overschakelen op wild. Snelle interventie met beschermingsmaatregelen bij landbouwhuisdieren kan dat proces in belangrijke mate bespoedigen. De wolven leren daardoor veel sneller dat landbouwhuisdieren toch niet zo gemakkelijk te pakken zijn. Informatie over de mogelijkheden om landbouwhuisdieren te beschermen tegen wolven is hier te vinden. Meer informatie over wolven vind je via www.wolveninnederland.nl.
Tekst: Dick Klees, Studio Wolverine & Wolven in Nederland en Glenn Lelieveld, Zoogdiervereniging & Wolven in Nederland
Foto's: Dick Klees, Studio Wolverine