Tijdens opnames voor het natuurprogramma BuitenGewoon van Omroep Gelderland werden in de Millingerwaard twee rupsen ontdekt van de wolfsmelkpijlstaart. De wolfsmelkpijlstaart is een nachtvlinder die de afgelopen eeuw steeds zeldzamer werd. De rupsen zijn opvallend: ze zijn tot acht centimeter groot en zwart met rood en gele stippen. Deze rupsen leven op wolfsmelksoorten en dan met name op cipreswolfsmelk.
Wolfsmelkpijlstaart in de Millingerwaard (film: Twan Teunissen)
Cipreswolfsmelk is in de Millingerwaard volop aanwezig. De afgelopen decennia is het aantal planten flink toegenomen. Ze groeien vooral op de oevers van de Waal waar water en wind zand afzetten. Precies op die plekken werden de rupsen dan ook gevonden. Cipreswolfsmelk komt vooral voor in het rivierengebied en lokaal in de duinen, elders is het zeldzaam.
De geschiedenis van de terugkeer van de wolfsmelkpijlstaart in de Gelderse Poort begon begin jaren negentig. Toen werd door Wereld Natuur Fonds, Staatsbosbeheer en ARK Natuurontwikkeling een start gemaakt met natuurontwikkeling. Landbouw verdween op de oeverwal en op het rivierduin. Het gevolg was een flinke toename van cipreswolfsmelk en de eerste rupsen van de wolfsmelkpijlstaart werden toen gevonden. In het begin werden ze bijna jaarlijks gevonden. Daarna werd het stil op het rupsenfront, maar werden er nog wel volwassen vlinders gezien in 2007 en 2015. Mogelijk dat de vlinder dan ook wel al die tijd aanwezig bleef.
In de uitzending van BuitenGewoon van Omroep Gelderland op 2 september (17.20 uur, ieder uur herhaald) zijn de rupsen te zien, net als rupsen en vlinders van de koninginnenpage die dit jaar ook veel werden gezien in de Gelderse Poort. Daarnaast neemt presentator Harm Edens samen met Staatsbosbeheer boswachter Thijmen van Heerde een duik om het onderwaterleven te ontdekken en gaat Harm een poging wagen zijn eerste bever te zien.
Tekst: Thijmen van Heerde, Staatsbosbeheer en Twan Teunissen, ARK Natuurontwikkeling
Film: Twan Teunissen, ARK Natuurontwikkeling
Foto's: Twan Teunissen, ARK Natuurontwikkeling; Thijmen van Heerde, Staatsbosbeheer