Onzichtbare vogel nu ook onvindbaar
Vogelbescherming NederlandHet is doodstil op het platteland. Is dat erg? Ja, want hoewel de soort bijna niet te zien is (het zien van een kwartelkoning kan zelfs doorgewinterde vogelaars in extase brengen) is het een indicator van een gezond platteland en vitale rivieren. Kwartelkoningen huizen namelijk graag in rivier- en beekdalen. Ook andere vogels worden gebruikt als indicators voor een gezonde natuur, dat zijn bijvoorbeeld de grutto, patrijs, kwartel, veldleeuwerik en ortolaan. Die laatste is al even uit Nederland verdwenen, die trok het hier niet meer. Gaat de kwartelkoning hem nu achterna?
Simultaan zoeken
Ruim 150 vrijwilligers zochten twee nachten lang, en dat met z’n allen tegelijk om dubbeltellingen te voorkomen, naar kwartelkoningen. Ze deden dat op alle plekken die geschikt zijn of waren. De graanakkers van het Groningse Oldambt bijvoorbeeld, de uiterwaarden van de IJssel of Drentse beekdalen. Hoe zo’n kwartelkoning eruit ziet? Een bruine, wat kipachtige vogel. Zo groot als een waterhoen, of krielkip. En door z’n schuwe leefwijze bijna altijd totaal onzichtbaar: kwartelkoningen verlaten niet graag de dekking van de dichte plantengroei waarin ze leven. Alleen een roepend mannetje is traceerbaar, op een windstille nacht tot op zo’n kilometer afstand.
36 is érg weinig
36 roepende mannetjes is minder dan ooit tevoren in Nederland. Hoeveel kwartelkoningen er precies zijn, en of de mannetjes gepaard zijn, is moeilijk te zeggen. De vrouwtjes houden hun snavel dicht en een mannetje kan één of twee vrouwtjes in zijn omgeving hebben. Rond het jaar 2000 leek het er even op dat kwartelkoningen zich herstelden van een langdurige afname. De laatste jaren gaan hun aantallen echter weer sterk achteruit. Elders in West-Europa is de toon niet heel anders. Alleen in Schotland konden kwartelkoningen zich herstellen dankzij een uitgebreid beschermingsprogramma.
Kwartelkoningen beschermen tegen uitmaaien
De grootste vijand van de kwartelkoning is de cyclomaaier. Dat is een maaimachine aan een tractor die in razend tempo een perceel kan omzetten in een gemillimeterde vlakte. Dieren die de maaimachine zelf weten te ontsnappen, vallen in de overblijvende leegte ten prooi aan opportunistische rovers. En, het is een open deur: brengen geen jongen groot om de kwijnende populatie weer aan te vullen. Het uitmaaien van nesten en jongen is de grootste bedreiging voor kwartelkoningen. Daarom is het van het grootste belang om de percelen waarin roepende mannetjes zitten te vinden. Vervolgens treden vrijwilligers in contact met terreinbeheerders en boeren die de percelen gebruiken voor hun bedrijf. Alleen dankzij deze actieve nestbescherming kan uitmaaien voorkomen worden.
Een steeds groter deel van de kwartelkoningen zit in natuurgebieden. Ook in natuurgebieden is het erg belangrijk dat vrijwillige vogeltellers kwartelkoningen opmerken, want maaien (doorgaans midden in het broedseizoen) kan onderdeel zijn van het beheer van zo’n gebied. Bovendien: de meeste beheerders en boswachters liggen niet ’s nachts in het gras te luisteren.
Kansen scheppen voor de kwartelkoning
Vogelbescherming heeft samen met de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE) een nieuwe brochure uitgebracht over de kwartelkoning en de bescherming ervan. De kwartelkoning was vroeger algemeen en stond bij boeren en buitenlui bekend onder volksnamen als spriet, grasknarser, peersneers, schriek en taepert. Inmiddels is het een zeldzame Nederlandse broedvogel van akkers en hooilanden in
uiterwaarden en beekdalen. Hij wordt bedreigd door vroeg maaien en door verlies aan leefgebied. Kees Koffijberg van Sovon Vogelonderzoek Nederland doet in Kansen scheppen voor de kwartelkoning de bijzondere leefwijze van deze intrigerende vogel uit de doeken en benoemt de maatregelen die genomen kunnen worden om de kwartelkoning te beschermen. Nuttig voor iedereen die deze vogel een warm hart toedraagt. Bel 030 69 37 700 om een brochure aan te vragen of download 'm hier.
Tekst: Vogelbescherming Nederland en Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto: Lars Soerink/Vilda; Mikhail Rodionov