Meikevers en rozenkevers doen goede zaken in 2016
De Natuurkalender, Hellingman Onderzoek en Advies, Wageningen UniversityMeikever
De massale vluchten van de meikever (Melolontha melolontha) zijn begin mei waargenomen. Daarvoor zijn ook exemplaren gezien, maar niet massaal. De vluchten duurden lang - tot begin juli hebben ze rondgevlogen. Bijzonder is de vondst van een volwassen meikever in een feromoonval voor de eikenprocessievlinder begin augustus door Gerard Brand van Brandboomverzorging (foto). In de val bevonden zich vijf exemplaren van de meikever, waarvan twee al parend stierven. Die zaten letterlijk aan elkaar geplakt. Wanneer ze in de val zijn gekomen is niet exact te zeggen, maar in ieder geval na medio juli 2016.
Na de ei-afzet in mei bevorderde de natte weersomstandigheden in juni en juli de uitkomst van de eitjes en de ontwikkeling van de engerlingen. Het gevolg van de gunstige omstandigheden voor de ontwikkeling van de eitjes leidt tot plaatselijk tot massale aanwezigheid van engerlingen. Engerlingen van de meikever voeden zich met wortels van allerlei gewassen zoals gras, heesters, fruitbomen, sierplanten, sla en aardappels. De lange vluchtperiode in combinatie met late ei-afzetting kan er toe leiden dat ook late schade aan wortels kan ontstaan. Vooral sportvelden en golfbanen zijn geliefde plekken voor deze kevers.
De kevers die voortkomen uit de engerlingen die in 2016 zijn uitkomen zullen pas in 2019 uitvliegen. Tot die tijd zullen ze jaarlijks de diepte opzoeken en in het voorjaar weer omhoog komen om zich te voeden met wortels van allerlei gewassen - tenminste als ze niet worden opgevreten door allerlei natuurlijke vijanden of geparasiteerd worden door nematoden of een van nature voorkomende micro-organismen. De engerlingen van de meikever kent veel natuurlijke vijanden, zoals loopkeverlarven, roeken, kraaien, merels, spreeuwen, wilde zwijnen en dassen. Ze kunnen tijdens het graven naar de engerlingen voor enorme schade zorgen hetgeen door menige niet wordt gewaardeerd.
Bronskleurige glansloopkever (Amara aenea) eet engerling op (film: Silvia Hellingman)
Rozenkever
Ook de rozenkever (Phylloperta horticola) heeft het dit jaar uitzonderlijk goed gehad. Droog en warm tijdens de vluchten en nat tijdens de uitkomst van de eitjes en ontwikkeling van de larven. Rozenkevers hebben 1 jaar nodig om zich van ei tot kever te kunnen ontwikkelen. De vluchtperiode was ook vrij lang. Vanaf begin mei tot begin juli zijn ze waargenomen.
De engerlingen van de rozenkevers voeden zich met wortels van allerlei gewassen zoals gras, sierplanten (geranium en alchemilla’s zijn bijvoorbeeld erg geliefd maar ook flox), fruitbomen, aardbei, jonge bomen en incidenteel worden ze aangetroffen in potplanten. Tijdens de vluchten voeden ze zich met blad, bloemen en jong fruit met alle schade van dien.
De engerlingen van de rozenkever kennen ook veel natuurlijke vijanden zoals vogels, spitsmuizen, maar ook insect parasitaire nematoden, loopkevers, en van nature voorkomende micro-organismen.
Vanwege de lange en gunstige ontwikkeling van de engerlingen in 2016 kan op veel plekken schade ontstaan door de engerlingen die aan de wortels vreten of door vogels die gazons beschadigen op zoek naar de eiwitrijke engerlingen. De engerlingen van de rozenkever uit de latere vluchten zullen zeker tot eind oktober actief blijven indien de bodemtemperatuur dit toe laat. Nadat ze vol gevreten zijn gaan ze de diepte opzoeken en in het voorjaar (afhankelijk van de temperatuur) kunnen we weer vanaf begin mei 2017 rekenen op massale vluchten.
Tekst Silvia Hellingman, Biocontrole Onderzoek en Advies en Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen University