Recordaantal broedende zwarte sterns langs Zwarte Water
StaatsbosbeheerJaarlijks broeden er in Nederland zo’n 1200 paar zwarte sterns waarvan 90% op vlotjes. Er zijn drie grote broedgebieden, waarvan Noordwest-Overijssel de meeste paren herbergt. Vroeger broedden deze moerasvogels op drijvende planten zoals krabbenscheer en drijvende wortelbonken van waterlelies en andere waterplanten. Door de mindere waterkwaliteit en veranderend waterbeheer zijn deze broedplekken echter niet meer voorhanden en helpt Staatsbosbeheer de sterns door het bieden van alternatieve nestelplekken in de vorm van kleine vlotjes. Samen met een groep enthousiaste vrijwilligers van De Veldschuur in Rouveen, de Werkgroep Zwarte Stern, legt boswachter Jeroen Bredenbeek ieder voorjaar, zo rond eind april, de nestmatjes, nadat er eerst wat modder en plantenresten op zijn gelegd als nestmateriaal.
Boswachtertip
De vogels zijn nu nog aan het broeden, maar over een paar dagen verschijnen de eerste jongen. Het is dan gebeurd met de rust in de kolonies, want de ouders vliegen dan af en aan om de jongen te voeren. Een van de kolonies is goed te bekijken, die ligt namelijk in een van de kolken bij Cellemuiden, langs de dijk Hasselt-Genemuiden. Vanaf de dijk kan men de vlotjes zien liggen en de activiteiten van de sterns met een verrekijker goed gadeslaan. Goed is dan ook te zien, dat zwarte sterns ook weidevogels zijn, ze vangen vooral insecten in de hooilanden om de kolken. Maar als de jongen wat ouder zijn, worden ook visjes gevoerd die ze in sloten, kolken en in het Zwarte Water vangen.
Bron: Staatsbosbeheer
Foto: Koos Dansen; Piet Munsterman, Saxifraga