Bedrijven in de bres voor Oeverzwaluw
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]
De voorbije tien jaar werd er veel gezegd over de achteruitgang van Boeren- en Huiszwaluwen. Wellicht kan haast iedereen zich bij die soortnamen een sprekend beeld voor de geest halen. Minder bekend is de zorgwekkende situatie van de Oeverzwaluw, de kleinste, zeldzaamste en minst gekende van het zwaluwentrio. Van zodra je de eisen van deze soort kent, weet je dat hij zonder hulp van de mens geen kant meer op kan in Vlaanderen. In Grobbendonk toont men alvast hoe de Oeverzwaluw een zetje kan krijgen.
Oeverzwaluwen zijn trekvogels die in Afrika overwinteren. Gedurende lange tijd vonden ze in ons land talloze broedlocaties langs waterlopen en kanalen. Zo broedden er ooit verschillende honderden paartjes langs het Netekanaal tussen Lier en Viersel. Met de Sigmawerken in de jaren ’80 verdwenen de ingekalfde zandoevers uit het landschap, en daarmee ook de broedkolonies van de zwaluwen: Oeverzwaluwkolonies zijn ondertussen zeldzaam geworden.
In tegenstelling tot de andere soorten zoekt de Oeverzwaluw niet het gezelschap van de mens op. Hoge, steile en onbegroeide zandoevers zijn een absolute voorwaarde voor de Oeverzwaluw om tot broeden te komen. In die zandoevers schrapen ze met hun snavel een gang van 40 tot 150 cm diep. Het zand mag dus niet te hard zijn, en liefst bevindt de oever zich aan het water, al is dat laatste geen absolute must.
Vandaag de dag moet de soort het hebben van kunstmatige zandhopen. Hier en daar worden in natuurgebieden kunstwanden voor Oeverzwaluwen aangelegd, een zeer arbeidsintensieve klus. Zandgroeves zijn een uitgelezen plek voor een kolonie, maar ook een tijdelijke zandhoop bij een nieuwbouw langs de straat kan al voldoende zijn. Ieder jaar gaat er hier of daar wel een kolonie aan de slag in een zandhoop die niet voor dat doeleinde bedoeld was. En dan krijg je problemen: Oeverzwaluwen zijn zeldzaam en ze zijn bij wet beschermd. Bovendien mogen hun broedplaatsen niet vernield worden.
Ook dit jaar hebben Oeverzwaluwen hun holen gegraven op enkele plaatsen die daar niet voor bestemd waren. Opsteker: de eigenaars bleken zeer vogelgezind en nemen nu maatregelen om de kolonie de nodige kansen te bieden. Logisch? Neen, het uitstellen en opnieuw inplannen van graafwerken kost soms handenvol geld. “Dat is het voor mij wel waard” klinkt het bij Paul Van den Heuvel, zaakvoerder van Grondrecyclage De Kempen uit Grobbendonk, waar nu een 120-tal nestgaten werden gegraven door de beestjes. “Ik gaf mijn mannen duidelijke aanwijzingen en ze weten precies waar ze wel of niet mogen graven” aldus Van den heuvel. Ook in Oost-Vlaanderen werd een kolonie van ca. 100 vogels gevrijwaard. Een goede opvolging van elke kolonie wordt doorgaans beloond.
Natuurpunt is bijzonder opgetogen met de positieve instelling van deze bedrijven. Ze tonen aan wat de impact kan zijn van goodwill en tolerantie, zelfs als die inspanningen geld kosten. Wanneer die goodwill er niet is, of op een werf waar dringend moet worden voort gewerkt, is het moeilijker. Daarom wil Natuurpunt streven naar een scenario waarin we op de vaste broedplaatsen een goede samenwerking uitbouwen met eigenaars of zaakvoerders. Een gezamenlijke screening maakt alles perfect controleerbaar: zandbergen die niet snel moeten worden verwerkt, kunnen gunstig worden afgegraven als ideale broedplaats, ter compensatie voor zandhopen die wel snel moeten worden verplaatst. Die kunnen in het voorjaar dan vlakker worden gelegd zodat ze niet als broedplaats gebruikt worden. Zo kunnen we aansturen waar de kolonie komt en hoeven er geen slachtoffers te vallen doordat voldoende broedruimte beschikbaar blijft. Op langere termijn moet de aanleg van degelijke Oeverzwaluwwanden op zo’n sites een duurzamere oplossing kunnen bieden.
Om alles niet op zijn beloop te laten gaan, zal Natuurpunt dit jaar in samenwerking met het ANB de broedplaatsen van Oeverzwaluwen in kaart brengen, zodat een overlegronde met de eigenaars kan worden opgestart. Weet je zelf waar Oeverzwaluwen nestelen? Voer je gegevens dan in op www.waarnemingen.be, met vermelding van het aantal actieve broedpaartjes, of stuur je tellingen naar vogels@natuurpunt.be.
Wil je weten wat je als bedrijf zoal kan doen voor de natuur? http://bedrijven.natuurpunt.be/
Tekst: Gerald Driessens, Natuurpunt Studie
Foto’s: Marnix Vyncke, Julien Bouwen