Grote wolfsklauw herontdekt op de Wijngaardberg
Bericht uitgegeven door Natuurpunt Beheer [land] op [publicatiedatum]
In het natuurgebied de Wijngaardberg in Wezemaal (Rotselaar) deden enkele vrijwilligers van Natuurpunt tijdens onderhoudswerken aan de heide een wel heel verrassende ontdekking: de Grote wolfsklauw. Die plant is sterk achteruitgegaan de laatste decennia en komt slechts op enkele plaatsen in Vlaanderen meer voor. Het goede beheer van de heide in het gebied werpt haar vruchten af.
Op 18 oktober organiseerden het lokale beheerteam van Natuurpunt een werkdag op de Wijngaardberg. Daarbij werd hun aandacht plots getrokken door een plant die op het eerste zicht op een wel heel forse stengel van het ter plaatse voorkomende haarmos leek. Bij nader inzien bleken het enkele uitlopers te zijn van de uiterst zeldzame Grote wolfsklauw (Lycopodium clavatum) die deels door schapen waren afgegeten. De soort werd 25 jaar geleden voor de laatste keer waargenomen in het gebied. Sindsdien wordt er een gepast heidebeheer gevoerd, maar desondanks verscheen de soort er niet opnieuw.
De sporenplant van de wolfsklauwfamilie behoort tot een primitieve plantenfamilie die zijn hoogtepunt kende in een heel ver verleden, met name het Carboon. De fossielen van de toen boomhoge planten zijn een belangrijk bestanddeel van steenkool. Hij heeft kruipende stengels die in normale omstandigheden tot een meter lang kunnen worden, met korte opstijgende, al dan niet vertakte zijtakken. De dicht bebladerde zijtakken doen aan een poot van een wolf denken, vandaar de naam van de plant. Op de uiteinden komen vrij korte, lichtgele aren tevoorschijn. Daarin rijpen de sporen, die nadien via de wind verspreid worden.
Grote wolfsklauw vindt zijn biotoop in periodiek vochtige en van nature voedselarme bodems in heidegebieden en lichtrijke randen van naald- en loofbossen. Ze groeien er meestal in de buurt van bosbessen. Doordat de soort graag van een koeler microklimaat houdt, zijn de noordgerichte flanken van de ‘Diestiaanheuvels’ in het Hageland een ideaal leefmilieu. Ijzerzandsteenheuvels waren tot midden vorige eeuw een van de belangrijkste leefgebieden voor Grote wolfsklauw in Vlaanderen. Eind jaren 1980 waren daarvan nog maar een zevental groeiplaatsen over. Tot voor kort was er nog maar één bekend, met name in het natuurgebied Averbode Bos & Heide.
De meeste Diestiaanheuvels werden in de tweede helft van de vorige eeuw verkaveld, zoals onder meer de Middelberg en Heikantberg in Rotselaar. Ook vermesting en verruiging eisten hun tol, evenals heide en open bosranden die dichtgroeien. Mogelijk doet ook de klimaatsverandering een duit in het zakje voor de eerder koudeminnende soort. Op dezelfde dag werden ook enkele Grasklokjes (Campanula rotundifolia) op de Wijngaardberg ontdekt. De soort, die eveneens enkel op onbemeste bodems kan voorkomen, doet het om dezelfde reden de laatste tijd heel slecht in Vlaanderen. De exacte locatie van de zeldzame soorten wordt niet publiek gemaakt om overbetreding tegen te gaan.
Voor zeldzame soorten zoals Grote wolfsklauw is het ontzettend belangrijk dat de laatste restanten van de Hagelandse heuvels beschermd en beheerd worden als natuurgebied. De vondst van de zeldzame plant op de Wijngaardberg bewijst dat een goed beheer wel degelijk vruchten afwerpt voor dieren en planten in het gebied. De Wijngaardberg wordt al 25 jaar lang beheerd door Natuurpunt. De heuvel is aangeduid als Europees habitatrichtlijngebied. Om de habitat in een betere staat te brengen wordt er volgende jaren Europese steun verleend vanuit het Lifeprogramma.
Tekst: Kevin Feytons, Luc Vervoort (Natuurpunt Beheer)
Foto’s: Kevin Feytons, Koen Berwaerts