Bruinviskalfjes gespot
EcomareBericht uitgegeven door Ecomare [land] op [publicatiedatum]
Het zeegat tussen Den Helder en Texel, het Marsdiep, is een goede plek om bruinvissen te spotten. De kleine tandwalvissen trekken met de vloed mee achter scholen vis aan. Vooral in het vroege voorjaar tot in april heb je kans ze te zien zwemmen. De laatste jaren worden ze ook wat vaker in de zomer gezien. En dan zijn er soms ook kalfjes bij! Vanaf de zeedijk in Den Helder maakte Wendy van der Zee een prachtig filmpje van een bruinvis met jong in het Marsdiep.
Terug van weggeweest
Bruinvissen kwamen vroeger veel voor langs de Nederlandse kust. Vanaf 1950 werden ze steeds zeldzamer, maar sinds 1995 worden ze plotseling weer vaker gezien. Nu is het de meest voorkomende walvisachtige van de Noordzee. In maart 2011 telden onderzoekers er maar liefst 85.572 in ons deel, de schattingen voor de hele Noordzee lopen uiteen van 100.000 tot 500.000 individuen. De aantallen bruinvissen in het Nederlandse deel van de Noordzee verschillen erg per seizoen. In het voorjaar worden er drie keer zoveel gezien als in de zomer en herfst.
Geboorteperiode
In de geboorteperiode, van mei tot augustus, verblijven bruinvissen waarschijnlijk vooral dicht bij de kust van Duitsland en Denemarken. Bij het Duitse eiland Sylt is daarvoor zelfs een speciaal reservaat ingericht. Maar ook voor de Nederlandse kust kun je jonge bruinvissen zien. In de Oosterschelde worden, in ieder geval sinds een aantal jaren, ook bruinvissen geboren.
Vis-les
Bruinviskalfjes leren het jagen van hun moeder. Al tijdens de zoogtijd, die een maand of acht duurt, krijgen ze af en toe een vis aangeboden. Mensen op zee zijn soms getuige van zo'n les. In 2011 verbleef een moeder met haar kalf een tijdje onder een gasproductieplatform. Het jong werd er gezoogd. Geregeld zagen de werknemers ook dat het moederdier een nog levende vis naar de oppervlakte bracht, die vlak voor het toesnellende jong werd losgelaten. Het kalf probeerde de vis vervolgens te vangen, soms lukte dat maar soms ook niet.
Echolocatie
Tandwalvissen vinden hun voedsel onder water met behulp van 'echolocatie'. Daarvoor stoten ze geluiden uit. Door de echo van deze teruggekaatste geluiden weer op te vangen kunnen ze hun prooien ‘zien’. Met echolocatie kunnen ze zelfs vissen ontdekken die zich in het zand hebben ingegraven. In het kustgebied eten bruinvissen vooral kleine bodemvissen zoals grondels. In het open water van de Noordzee jagen ze meer op jonge haringachtige vissen.
Tekst: Ecomare
Foto en film: Wendy van der Zee