Het lot van de Dakloze huiszwam
Bericht uitgegeven door Ecologische werkgroep Meanderland op [publicatiedatum]
Bij het woord huiszwam wordt vaak gealarmeerd gereageerd. Er wordt meteen gedacht aan problemen met zwammen en vocht in huis. De Echte huiszwam komt voor in slecht onderhouden gebouwen en kan voor aanzienlijke schade zorgen op bewerkt hout, doordat hij bruinrot veroorzaakt. Maar bij een wandeling in onze naaldbossen maak je in de late herfst kans om zijn broertje met prachtige naam te vinden, de Dakloze huiszwam. Deze komt niet voor in huizen of gebouwen en verkiest een vrij leven in de natuur aan de onderkant van dikke ontschorste takken en stammen van naaldhout.
Huiszwammen zien eruit als korstzwammen, een zeer vormenrijke groep van zwammen met vruchtlichamen die qua uiterlijk helemaal niet aan een klassieke paddenstoel met hoed en steel doen denken. Omdat het merendeel van de korstzwamsoorten korstvormige vruchtlichamen heeft werden ze vroeger alle tot dezelfde groep gerekend: de orde van de plaatjesloze vlieszwammen (Aphyllophorales). De moleculaire hakbijl heeft deze groep inmiddels versplinterd: tegenwoordig rekenen we de huiszwammen tot de Boletales (jawel, de boleten dus). Buiten de bruine sporen (een uitzonderlijk kenmerk voor korstzwammen) zijn er niet veel morfologische gelijkenissen met boleten, maar moleculair blijken ze dus nauw verwant.
De Dakloze huiszwam (Serpula himantioides) is niet de enige korstzwam die een sterke verwantschap heeft met boleten. Ook de kelderzwammen (Coniophora sp.), de Weke aderzwam (Leucogyrophana romellii) en het broertje Echte huiszwam (Serpula lacrymans) zitten in het zelfde schuitje.
Huiswammen hebben een week leerachtig en korstvormig kiemvlies waarop de voorplantingsorganen met de sporen gevormd worden. Het mosterdgele tot roestbruine vruchtlichaam is sterk labyrint- tot netvormig geplooid met een brede, witte, wollige tot viltige randzone, waardoor deze zwammen goed herkenbaar zijn. Hij vormt tot enkele dm grote vruchtlichamen op dood naaldhout.
De Dakloze huiszwam kan in naaldbossen zowel op wat rijkere bodems als op arme zandgronden gevonden worden. Voor zijn voortbestaan heeft hij net zoals de meeste korst- en schorszwammen een hoge luchtvochtigheid nodig. In de late herfst en tijdens vorstvrije dagen in de winterperiode zijn de leefomstandigheden ideaal voor dit soort zwammen. Ook al heeft de Dakloze huiszwam geen dak boven zich, hij heeft toch een bijzondere Nederlandse naam gekregen.
In Vlaanderen is de Dakloze huiszwam niet echt algemeen. De soort heeft echter een erg groot verspreidingsgebied: ze komt op alle continenten voor, behalve Antarctica. Recent onderzoek heeft wel aangetoond dat de Dakloze huiszwam een complex van cryptische (schijnbaar identieke) soorten is. De Dakloze huiszwam uit Zuid-Amerika is dus niet dezelfde als de Europese.
En tenslotte nog dit: eten kan je de Dakloze huiszwam niet, maar onderzoekers troffen er wel nieuwe antibiotische stoffen in aan. Misschien vinden we die ooit nog terug in de apotheek?
Tekst & foto's: Paul Wouters en Marianne Horemans, Ecologische werkgroep Meanderland