Zeldzame salamanderkruising voor het eerst in Vlaanderen
Bericht uitgegeven door Hyla, de amfibieën- en reptielenwerkgroep van Natuurpunt [land] op [publicatiedatum]
In maart 2012 ging Bram Conings op stap in natuurgebied de Gulke Putten om watersalamanders te fotograferen. Bij het bekijken van zijn foto's bleek een van de diertjes kenmerken te vertonen van zowel de Kleine watersalamander als de Vinpootsalamander. Uiteindelijk bleek dit de eerste gedocumenteerde vondst van een hybride van deze twee soorten in Vlaanderen.
In onze poelen en plassen vinden we twee nauw verwante soorten watersalamanders: de Kleine watersalamander Lissotriton vulgaris en de (nog kleinere) Vinpootsalamander L. helveticus. Het verspreidingsgebied van de eerste reikt niet veel verder dan het midden van Frankrijk; de Vinpootsalamander komt verder zuidwaarts nog talrijk voor in de Pyreneeën en het natte noordwesten van Spanje en zelfs tot in Portugal. Het leefgebied van de Kleine watersalamander strekt zich ten zuiden van de Alpen wel nog verder uit tot centraal Italië en het uiterste zuiden van het Griekse vasteland en het noordwesten van Turkije. In die gebieden is de Vinpootsalamander afwezig.
Op 23 maart 2012 fotografeerde Bram Conings watersalamanders in de Gulke Putten, een natuurgebied beheerd door Natuurpunt. Het drukke seizoen ging voorbij, tot Bram in november met enkele bevriende natuurfotografen grasduinde doorheen de foto’s van het voorbije jaar. Er onstond toen enig discussie: een gladde rugkam (zoals Vinpootsalamander) met een gevlekte buik (zoals Kleine watersalamander)? Het geval werd voorgelegd aan Vlaamse en Nederlandse salamanderkenners. Zij overwogen of het om een verdwaalde vertegenwoordiger zou kunnen gaan van een van de zuidelijke vormen van de Kleine watersalamander. Of misschien gewoon een mannetje Kleine watersalamander voor of na zijn mooiste tenue? Kenmerken werden opgelijst en overlopen. Tenslotte werd met behoorlijke zekerheid besloten dat het wel degelijk om een hybride zou gaan. Dit was meteen de eerste gedocumenteerde vondst voor Vlaanderen en België. Vinpootkenmerken in het dier zijn: de zwemvoet, de oranje zone in het midden van de staart, het draadstaartje en de overlangse richels aan weerszijden van de gladde rugkam. Het feit dat de zwemvoet en het draadstaartje niet zo sterk ontwikkeld zijn als bij een ‘echte’ Vinpootsalamander wijst al enigszins in de richting van een kruising. Dat er ook bouwstenen van de Kleine watersalamander in het dier zitten, is te zien aan de koptekening en de kleur en het vlekkenpatroon op buik en keel.
Om te vermijden dat dieren zouden paren met een andere soort, treden een aantal mechanismen in werking. Zo gaan soorten sterker uiterlijk van elkaar verschillen in zones waar hun beide verspreidingsgebieden overlappen. Het bruiloftskleed van de mannetjes van Kleine watersalamander en Vinpootsalamander is hiervan een mooi voorbeeld. Bij ons herkennen we mannetjes van de Vinpootsalamander aan achterpoten met een zwemvlies, een lage, gladgerande rugkam, een oranje veelal ongevlekte centrale zone op de staart, een draadvormig aanhangsel aan het staartuiteinde en aan weerszijden van de kam een langsrichel op de overgang van rug en flank. Mannetjes van de Kleine watersalamander hebben tijdens de paartijd een hoge(re) rugkam met golvende rand en vliezige verbredingen van de tenen van de achterpoten, zonder een echte zwemvliesverbinding tussen de tenen. In Italië en het zuidoosten van Europa, waar de Vinpootsalamander afwezig is, zien de mannetjes van de Kleine watersalamander er echter anders uit: ze lijken veel meer op Vinpootsalamanders. Ook zij hebben daar een gladde, lagere kam, de duidelijke langsrichels en vaak een draadstaartje. Deze zuidelijke populaties worden dan ook tot andere ondersoorten gerekend (L.v. meridionalis, L.v. graecus).
Naast dit fenomeen zorgen ook soortspecifieke feromonen (lokstoffen) ervoor dat paringen voornamelijk tussen soortgenoten verlopen. Bij deze twee salamandersoorten is bovendien in zekere mate sprake van een verschillende habitatvoorkeur. Vinpootsalamanders doen het iets beter dan de Kleine watersalamander in zure, kleine, koele en/of in heuvels gelegen wateren, terwijl de Kleine watersalamander zijn lievelingsomgeving vindt in de typische vegetatierijke en zonbeschenen amfibieënpoel. Deze habitateisen zijn niet zo strikt, waardoor de twee soorten hun leefgebied vaak met elkaar delen. Wanneer beide soorten elkaar ontmoeten in dezelfde poel, loopt het soms toch eens fout. Uit onder meer het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Nederland werd een beperkt aantal gevallen van hybriden tussen Kleine watersalamander en Vinpootsalamander gemeld. Wellicht worden deze hybriden, zeker in het geval van wijfjes, veelal over het hoofd gezien. Slechts af en toe wordt een mannetje in bruiloftskleed met gemengde kenmerken gevonden. Hoe zo’n dier er dan precies uitziet, is variabel. Sommige hybriden lijken net iets meer op een van beide soorten. Het is nog onduidelijk of het tot de ene of de andere soort behoren van de vader of de moeder een rol speelt.
Tekst: Jeroen Speybroeck, Hyla, de amfibieën- en reptielenwerkgroep van Natuurpunt
Foto's: Bram Conings