Zonnig Pinksterweekend telde veel graspollen
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door LUMC, De Natuurkalender en triptic [land] op [publicatiedatum]
Het zonovergoten weer in het afgelopen Pinksterweekend heeft ook de bloei van grassen in een stroomversnelling gebracht. Al dat graspollen in de lucht veroorzaakte bij veel patiënten ernstige hooikoortsklachten.
Lange vrije weekenden zoals Pasen en Pinksteren met mooi weer lokken heel veel mensen naar buiten, maar deze weekenden kunnen voor veel hooikoortspatiënten verstoord worden door hun hooikoortsklachten. Zo zagen we vorig jaar dat het Paasweekend te kampen had met grote aantallen berkenpollen. Dit jaar werd het Pinksterweekend opgeluisterd met een sterke toename in het aantal graspollen. Op Allergieradar.nl zagen we de klachten gestaag oplopen, zoals op de figuur hieronder goed te zien is. Op zaterdag en zondag (26 en 27 mei) scoorde 40 procent van de deelnemers een 7 of hoger (op een schaal van 1, geen klachten tot 10, maximale klachten) terwijl dit percentage in de rest van de maand de helft was.
Op Tweede Pinksterdag (28 mei) liep de gemiddelde klachtenscore weer terug. Mogelijk werd dit veroorzaakt doordat de pollenproductie van de grassen minder werd omdat de voorgaande dagen er volop pollen was geproduceerd. In Leiden werden er op Tweede Pinksterdag inderdaad beduidend minder graspollen geteld. Mogelijk werd deze lage telling (mede) veroorzaakt door de “zeemist”, waardoor het in de kuststreek die dag een stuk koeler en grijzer werd dan in de rest van het land.
Voorlopig zijn we nog niet af van graspollen. De komende twee maanden zullen de grassen nog volop kunnen gaan bloeien. Pas rond half juli laat de Pollenplanner over geheel Nederland een paarse kleur zien wat aangeeft dat dan overal 75 procent van het totaal aantal te verwachten graspollen geproduceerd is en het graspollenseizoen dus op zijn eind loopt.
Tekst: Letty de Weger, Leids Universitair Medisch Centrum; Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen University en Eefje op den Buys, triptic
Foto: Arnold van Vliet