Het hele gezin in de tang
De NatuurkalenderBericht uitgegeven door De Natuurkalender op [publicatiedatum]
Rond deze tijd van het jaar zijn de oorwormen volwassen. In tegenstelling tot wat hun naam impliceert, betekent dit niet dat ze nu op zoek gaan naar verse mensenoren. Voor deze kruipers met een grote tang op hun achterste is het momenteel tijd om te paren. In het voorjaar laat dit doodgewone diertje vervolgens een voor insecten verrassende eigenschap zien: broedzorg.
Oorwormen, er lijkt niet aan te ontkomen. Niet omdat ze massaal onze oren inkruipen, dat doen ze namelijk nooit. Ze zijn echter ontzettend algemeen in en om het huis. Er zijn verschillende soorten, waarvan de gewone oorworm het meest voorkomt. Juist deze meest gewone diertjes hebben vaak verrassende eigenschappen.
Rond deze tijd van het jaar zijn de oorwormen, die in de lente uit hun eitje kropen, volwassen. Oorwormen zien er vervaarlijk uit met de grote tang op hun achterste, maar voor mensen is een kneep nauwelijks voelbaar. De tang, die bij mannetjes groter en meer gekarteld is dan bij vrouwtjes, wordt gebruikt om de paringspartner in bedwang te houden. De tang is ook handig ter verdediging en om bewegend voedsel te grijpen. Dat bewegende voedsel laat meteen hun nuttige kant zien: ze vreten graag insecten op die voor de mens lastig zijn, zoals bladluizen en eikenprocessierupsen. Ze gaan echter niet geheel vrijuit: vooral de opgroeiende oorwormen lusten nog wel eens een hapje van een bloemblad, een fruitje of een krop sla.
Doordat oorwormen zich overdag graag in nauwe ruimtes verstoppen, kom je ze vaak tegen in plantenstengels, tussen bladeren, onder stenen en tussen hout en bladeren op de bodem. Vanuit deze plekken gaan ze ’s nachts op pad. Wie zijn reukorgaan nabij een welriekende bloemkelk brengt kan voor een onaangename verrassing komen te staan: oorwormen voelen zich prima thuis in de kelk. Dat verstoppen heeft er ook voor gezorgd dat ze zich al liftend als exoot in de Verenigde Staten hebben kunnen vestigen.
Hoe gewoon ze ook lijken, de diertjes hebben een voor insecten bijzondere eigenschap. Vader en moeder oorworm overwinteren gezellig samen in een ondergronds nestje. In de lente wordt pa oorworm echter door moeder naar buiten gewerkt. Moeder oorworm zorgt zorgvuldig voor de eitjes om te voorkomen dat deze beschimmelen of uitdrogen. Als uit de eitjes jonge nimfjes kruipen, worden deze door moeder gevoerd. Te ondernemende jonkies worden zelfs weer terug naar het nest gesleept. Pas na een paar vervellingen gaan de jonge oorwormen uit huis.
Fedor Gassner, De Natuurkalender
Foto’s: ArtMechanic, GNU licentie; James Lindsey, Creative commons licentie