Staartmezen zijn hangjongeren

Bericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek Nederland op dinsdag 30 maart 2010

Eén van de meest charmante vogels van ons land is de staartmees. Als staartmezen dan ook nog in de tuin een nest willen gaan bouwen is dat natuurlijk helemaal geweldig.

De staartmees is één van de meest opvallende mezensoorten. Het is eigenlijk een klein bolletje veren met een lange staart. Hij is overwegend zwart-wit met rozige flanken. Staartmezen lijken zich opgemaakt te hebben, want op hun ooglid zit roze oogschaduw. Dat valt niet zo goed op als ze door de struiken schieten, maar als u er één van heel dichtbij ziet, kunt u het zien.

In het winterhalfjaar komen staartmezen voor in groepjes die als een soort hangjongeren wat rondhangen in de buurt, en van struik naar struik trekken. Met een opvallend scherp srieh-srieh-srieh houden ze voortdurend contact met elkaar. Ze vliegen zelden meer dan tientallen meters van elkaar af en trekken echt als groepje (vaak met meerdere mezen bij elkaar) door de vegetatie.

In deze tijd van het jaar is er van dit groepsgedrag geen sprake en gaan de verschillende paartjes tijdelijk hun weegs om te broeden. Staartmezen maken een klein schattig rond nestje, bijvoorbeeld in een conifeer. Het nest is echt een rond bolletje dat aan de buitenkant bekleed is met mos en spinnenrag. Van binnen bestaat de afwerking uit zachte veertjes. Vaak zit het nest niet hoger dan bijvoorbeeld een meter, in de vork van een tak.

Bij mij in de voortuin hangt al een paar dagen een paartje rond en zie dat ze echt op zoek zijn naar een geschikte broedplek. Voorheen had ik zelden staartmezen in de tuin, ook niet in de winter, nu dus al dagenlang wel. Erg leuk. Heeft u zelf ook een paartje staartmezen in de tuin, dan kan het goed zijn dat ze ook bij u gaan broeden.

Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto: Marek Szczepanek, GNU-licentie voor vrije documentatie versie 1.2