Heggenmus: ook als trekvogel onopvallend
Vogelbescherming NederlandBericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland [land] op [publicatiedatum]
Je moet er een keer op gewezen worden, anders hoor je het niet: het hoge, metaalachtige ‘die-die-die-die-die’, de roep van een trekkende heggenmus. Een onopvallend geluid, zoals bijna alles onopvallend is aan de heggenmus. Zo ook de najaarstrek, die de komende weken op zijn hoogtepunt is.
De heggenmus is niet verwant aan de huismus. Hij heet ‘mus’ omdat vroeger alle kleine vogeltjes al snel een mus werden genoemd. De heggenmus is lid van een eigen vogelfamilie, de ‘heggenmussen’, waarvan er in Europa maar twee soorten broeden, in Azië echter veel meer.
Hoewel de heggenmus een algemene tuinvogel is, valt hij door zijn verborgen levenswijze nauwelijks op. Hij scharrelt meestal op de grond onder de struiken, op zoek naar kleine insecten, in de winter ook kleine zaden. Hij waagt zich ook in gazons, als er maar een struik in de buurt is. In het voorjaar valt de heggenmus nog het meest op door zijn schelle, hoge en enigszins blikkerige zang.
Heggenmussen trekken vooral ’s nachts, maar ook ’s morgens; alleen of in kleine, losse groepjes. Als de trekdrang groot wordt gaan heggenmussen eerst nerveus roepend bovenin een struik zitten, waarna ze opvliegen en snel hoogte maken. Omdat ze hoog vliegen, weinig en zacht roepen en ook niet in grote, opvallende groepen trekken, blijft de trek voor degene die de roep van de heggenmus niet kent, volledig aan het oog onttrokken. Krijg je een heggenmus in de kijker, dan is hij te herkennen aan de relatief grote kop met ‘stierennek’ en de tamelijk lange vliegsequenties met snelle, snorrende vleugelslagen, tussen de vliegpauzes door.
De komende twee weken piekt de najaarstrek van de heggenmus, waarna deze in de loop van oktober snel in omvang afneemt. Langs de kust is de meeste trek te zien: bij Den Haag werden er ooit 382 op één dag gezien, op 14 september 1990. De meeste trekkers zijn afkomstig uit Scandinavië en wellicht Noord-Duitsland. Onze broedvogels trekken niet of slechts een korte afstand. Bepaalde leefgebieden echter, zoals de duinen, worden in de herfst nagenoeg verlaten. Wellicht trekken deze heggenmussen naar de stedelijke gebieden, om in tuinen voedsel te zoeken. Dan zie je ze bescheiden schuifelen onder de voertafel, op zoek naar restjes en gemorst voer van de andere tuinvogels.
Tekst en foto: Ruud van Beusekom, Vogelbescherming Nederland